Van Hijum heeft naar eigen zeggen „mandaat” gekregen voor deze onderhandelingen, maar wil niet zeggen welke financiële ruimte hij daarbij heeft meegekregen. Dat laatste is van belang omdat het om een belastingvrijstelling gaat die de staatskas geld kost, en ook omdat de overheid zelf een belangrijke werkgever is.

Het akkoord dat de sociale partners in 2019 sloten over een ingrijpende pensioenherziening, voorzag in een tijdelijke regeling voor mensen die jarenlang een fysiek of mentaal zwaar beroep hebben gehad. Hun uitzonderingspositie komt evenwel volgend jaar te vervallen en het lukte tot dusver niet overeenstemming te bereiken over een blijvende oplossing.

Van Hijum erkent het belang van zo’n regeling en zegt er vertrouwen in te hebben dat hij er met de sociale partners uit kan komen. „Het is gewoon een feit dat in sommige beroepen mensen moeilijk de pensioenleeftijd op een gezonde en fitte manier halen”, zegt hij. „Daar willen we oog voor hebben.”

Van Hijum is niet van plan de bonden op te roepen hun acties op te schorten. „Ik denk niet dat het aan mij is om te bepalen of en hoe bonden van hun stakingsrecht gebruikmaken. Daar zijn ze mans genoeg voor om dat zelf te beslissen.”