Faber: als Oekraïne veilig is, gaan vluchtelingen terug
Als Oekraïne veilig is, gaan de mensen die uit dat land naar Nederland zijn gevlucht weer terug, zegt migratieminister Marjolein Faber. Ze trekt daarbij een vergelijking met Nederlanders na de Tweede Wereldoorlog.
„In 1945 lag heel Nederland plat”, aldus Faber. „Toen heb ik geen Nederlander weg zien gaan. Wat hebben ze toen gedaan, de Nederlanders? Ze hebben allemaal de mouwen opgestroopt.” Faber zegt dat de generaties voor haar „keihard hebben gewerkt om Nederland op te bouwen”.
Dat kunnen Oekraïners dus ook doen, redeneert de minister. „Want ik denk dat Oekraïne als land heel veel te bieden heeft. Er zit olie, er zit gas, ze hebben vruchtbare grond, er zitten mineralen in de grond. Dat kan een heel rijk land worden.”
Trouw meldde vrijdag dat veel Oekraïense vluchtelingen nog niet weten of ze nog terug willen. Uit een schatting van Duitse onderzoekers zou blijken dat zo’n 1,4 tot 2,3 miljoen van hen voor altijd in het buitenland blijven wonen. Met name bij jonge Oekraïners speelt de economische situatie in hun land van herkomst mee bij de afweging om terug te gaan of niet.
Of en hoelang Oekraïners mogen blijven, hangt desondanks af van hoe de oorlog zich ontwikkelt. Faber: „Laten we dat eerst maar eens even afwachten. Maar de basis is wel, op het moment dat het land veilig is, dat ze teruggaan.”
„De situatie is nu echt anders dan in 1945”, zegt historicus Joost Rosendaal over Fabers vergelijking met de Tweede Wereldoorlog. Rosendaal is als universitair docent verbonden aan de Radboud Universiteit en doet onder meer onderzoek naar de Tweede Wereldoorlog. „Ook in België en Duitsland moest de economie weer worden opgebouwd, dus het was niet per se gunstiger om daar te blijven.”
Het merendeel van de vluchtelingen keerde volgens Rosendaal terug naar Nederland, maar sommigen bleven in het buitenland. „Bijvoorbeeld mensen die naar België waren uitgeweken en daar een geliefde hadden gevonden.”
Bovendien voerde de overheid kort na de oorlog actief campagne om Nederlanders te laten emigreren, vertelt Rosendaal. „Er waren problemen zoals woningnood die we niet aankonden. Dus eind jaren 40, begin jaren 50 is gepromoot dat met name boeren naar bijvoorbeeld Canada, Nieuw-Zeeland of Australië gingen.”