Arme landen lopen 44 miljard euro mis
Ontwikkelingslanden lopen 44,4 miljard euro aan potentiële handel mis door de handelsbelemmeringen van de Europese Unie. Het Nederlands aandeel hierin is 2,7 miljard euro, terwijl de Nederlandse regering aan ontwikkelingshulp in het rekenjaar 3,8 miljard euro uitgaf.
Dat blijkt uit een brief van minister Van Ardenne (Ontwikkelingssamenwerking) donderdag aan de Tweede Kamer.
Van Ardenne benadrukt in haar brief dat de verschillende cijfers niet zomaar bij elkaar opgeteld of van elkaar afgetrokken kunnen worden. Ze geven echter wel een inzicht, aldus de minister. De minister pleit al lang voor het wegnemen van handelsbeperkingen aan de kant van westerse landen. Het is een van haar thema’s tijdens de volgende wereldhandelsronde.
Uit de berekeningen, gebaseerd op het jaar 2002, blijkt verder dat het Nederlandse bedrijfsleven 1,6 miljard investeerde in ontwikkelingslanden. Maatschappelijke organisaties gaven 240 miljoen euro. Allochtonen maakten in 2002 ongeveer 700 miljoen euro over naar hun land van herkomst. Het gaat hier niet om landen als Suriname, Turkije of Marokko, maar om de armste ontwikkelingslanden in Afrika en Azië.
PvdA-kamerlid Samsom, die Van Ardenne had gevraagd om de berekening, stelt dat uit de rekensom blijkt dat Nederland „veel geeft, maar ook veel rooft.” Volgens hem komt Nederland als een van de weinige EU-landen „in de plus” met de ontwikkelingshulp, afgezet tegen de handelsbeperkingen.
Samsom: „In totaal rooft de EU meer met de handelsbarrières dan dat zij geeft aan hulp. Het is niet zo gek dat na dertig jaar hulp Afrika er niet op is vooruitgegaan. Het is dus niet zo dat hulp niet helpt, maar we hebben per saldo niet geholpen.”