Uitgaansverbod en leger op straat in Bangladesh
De regering van Bangladesh heeft zaterdag een uitgaansverbod afgekondigd na vier dagen van gewelddadige studentenprotesten. Daarbij zijn volgens plaatselijke media meer dan honderd doden gevallen, meer dan de helft daarvan op vrijdag. Het leger patrouilleert in de hoofdstad Dhaka. Bij de onlusten zijn naar verluidt driehonderd agenten gewond geraakt. De politie zou ook met vuurwapens op betogers hebben geschoten.
De premier van het land van 170 miljoen inwoners, Sheikh Hasina, heeft haar reis naar Spanje en Brazilië afgezegd. Ze zou zondag zijn vertrokken.
De betogingen en uitbarstingen van geweld gaan over de kansen een overheidsfunctie te krijgen. De studenten willen niet dat een oud systeem van quota’s voor het verkrijgen van banen bij de overheid weer wordt ingevoerd. Afgelopen maand besloot het hooggerechtshof dat het in 2018 afgeschafte systeem weer zou moeten gelden. Het systeem verdeelt een groot deel van de vacatures bij de overheid over bepaalde bevolkingsgroepen. Zo moet 30 procent van de functies worden toebedeeld aan familie of nabestaanden van vrijheidsstrijders uit de onafhankelijkheidsoorlog.
Bangladesh was als Oost-Pakistan onderdeel van Pakistan tot in maart 1971 een zeer bloedige onafhankelijkheidsoorlog uitbrak. Daarbij vielen honderdduizenden doden bij massaslachtingen aangericht door Pakistaanse legereenheden en pro-Pakistaanse milities. Militair ingrijpen van India stopte de oorlog eind dat jaar en Bangladesh werd onafhankelijk.