Na zomer komt plan voor reparatie betonschade Westerscheldetunnel
De provincie Zeeland verwacht uiterlijk 1 oktober een plan van aanpak te ontvangen voor reparatie van de betonschade aan de Westerscheldetunnel. Vorig jaar werden in de oostbuis van de 6,6 kilometer lange tunnel, die Zeeuws-Vlaanderen en Zuid-Beveland met elkaar verbindt, een breuk en een scheur aangetroffen. „Een unieke situatie, je bedenkt vooraf niet dat zoiets kan gebeuren”, zei de Zeeuwse gedeputeerde Harry van der Maas (infrastructuur en mobiliteit, SGP) vrijdag in de Statenvergadering.
„Er wordt hard gewerkt aan een plan van aanpak”, aldus Van der Maas. „We moeten een heel zorgvuldig en nauwkeurig proces doorlopen. De tunnel is veilig, maar kunnen we een oplossingsrichting bedenken om de schade te repareren? Uiterlijk 1 oktober informeren we iedereen over de reparatie en de impact daarvan.”
De schade zit aan het einde van de oostbuis richting Borssele. Aan de bovenzijde loopt een scheur van 30 meter over vijftien zogeheten tunnelringen. Iedere tunnelring bestaat uit acht betonnen segmenten. Een van die segmenten van 2 meter breed is gebroken. De breuk is maximaal 1 centimeter breed. Omdat dit deel zit ingeklemd tussen de andere delen van de tunnelring, is de buis volgens experts stabiel en veilig. Het verkeer kan daarom gewoon gebruik blijven maken van de in 2003 geopende Westerscheldetunnel, die eigendom is van de provincie Zeeland.
Volgens Van der Maas gaat de noodzakelijke reparatie van de schade „fors in de papieren lopen”, al moet hij de exacte bedragen nog horen. Enkele fracties in de Staten vroegen of het aannemersconsortium dat de tunnel heeft gebouwd aansprakelijk kan worden gesteld. „De garantieperiode is al verstreken”, zei de gedeputeerde. „Juridisch gezien zal het dat dus niet haalbaar zijn. Maar we willen wel bekijken of er andere wegen en middelen zijn om iets te doen.” Mocht het schadebedrag meer dan 20 miljoen euro bedragen, dan is er volgens Van der Maas een afspraak dat het Rijk mogelijk financieel bijspringt.
Op de website van de Westerscheldetunnel staat een Q&A (vragen en antwoorden) over de schade. Daarin zeggen de beheerders van de tunnel dat „het meest waarschijnlijke scenario” is dat „een aantal omstandigheden” heeft geleid tot de breuk en de scheur. Zo zou de grondlaag op de schadelocatie extra veel druk uitoefenen op de tunnelbuis en zouden de betreffende segmenten onvoldoende betonwapening bevatten.