Geen gebruik staalslakken bij werk aan vaargeulwand Westerschelde
Voor het versterken van een vaargeulwand bij Ossenisse in de Westerschelde zien het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en Rijkswaterstaat af van het gebruik van staalslakken. Vanuit de politiek en natuurorganisaties was kritiek gekomen, omdat het materiaal schadelijk zou zijn voor natuur en milieu.
Een woordvoerder van Rijkswaterstaat zegt dat in plaats van staalslakken breuksteen wordt gebruikt. „Daarmee willen we Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer, die veel grond in het gebied hebben, tegemoetkomen en voorkomen dat de werkzaamheden door eventuele juridische procedures vertraging oplopen.”
De zegsman benadrukt dat bij andere werkzaamheden in onder meer de Oosterschelde en Westerschelde nog wel staalslakken kunnen worden gebruikt. „We hebben het bij het project bij Ossenisse over een uitzondering.” Hij zei dat in de loop van volgend jaar wordt begonnen met het versterken van de vaargeulwand.
De vaargeul in de Westerschelde wordt op diverse plaatsen op zijn plek gehouden door geulwanden. Voor het versterken van de vaargeulwand bij Ossenisse wilde Rijkswaterstaat aanvankelijk staalslakken gebruiken.
Staalslakken zijn een restproduct bij het maken van staal. Ze worden onder meer gebruikt om dijken te verstevigen. Als staalslakken in contact komen met regen- of grondwater, komen er zware metalen in de bodem of het oppervlaktewater terecht.
In april dit jaar riepen de Zeeuwse Provinciale Staten Rijkswaterstaat op direct te stoppen met het storten van staalslakken voor de kustverdediging in de wateren van de provincie. In een motie die namens alle fracties was ingediend, vroegen de partijen aan de Tweede Kamer en demissionair minister Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) het storten van staalslakken op te schorten, zolang onderzoeken naar de gevolgen van het gebruik ervan nog niet zijn afgerond.