Het geld dat hiervoor is gereserveerd, nog ruim 20 miljard euro, wordt gebruikt als dekking voor plannen op het gebied van woningbouw, infrastructuur en de bouw van kerncentrales. Ook gaat tot en met 2030 zo’n 5 miljard naar de agrarische sector.

„De grote vraag is hoe het verder gaat met het PPLG, ik ben enorm benieuwd”, zegt Maurits von Martels, de gedeputeerde van BBB die in de provincie Overijssel over het Provinciaal Programma Landelijk Gebied gaat. „In het hoofdlijnenakkoord staat hier niets over. Het PPLG blijft een ‘black box’. Hoe concreet worden de doelen gesteld? Hoeveel tijd krijgen we om ze te realiseren? Dat moeten we afwachten. Daar zal in de komende weken wel duidelijkheid over komen.”

Ook andere provincies wachten af wat het verdwijnen van het transitiefonds voor gevolgen heeft. Vorig jaar leverden de twaalf provincies een eerste versie van hun PPLG in bij minister Christianne van der Wal (Natuur en Stikstof). Alle plannen telden bij elkaar op tot een bedrag van bijna 60 miljard euro, veel meer geld dan de regering wilde vrijmaken. De wet die de totstandkoming van het transitiefonds moest regelen, werd na de val van het kabinet controversieel verklaard door de Eerste Kamer en is dus nog niet behandeld.

Het ministerie stelde begin dit jaar wel alvast 1,28 miljard euro beschikbaar, zodat de provincies in ieder geval een begin kunnen maken met hun meest concrete projecten. Volgens de planning moeten ze komend najaar een aangescherpte versie van hun PPLG indienen. Het is echter hoogst onzeker of het nieuwe kabinet wel doorgaat met het Nationaal Programma Landelijk Gebied en de hieruit voortvloeiende gebiedsgerichte aanpak door de provincies. Het wetsvoorstel voor het transitiefonds vervalt in ieder geval, staat in het akkoord van PVV, VVD, NSC en BBB.