Onderhandeling schaderegeling ontvoering Eibergen
De advocaat van het 13–jarige meisje uit Eibergen dat in mei vorig jaar is ontvoerd en seksueel misbruikt door een tbs–patiënt, is in onderhandeling met het ministerie van Justitie over een schadevergoeding. „Mijn verwachting is dat we daar uit komen", aldus A. van Bon–Moors.
Tijdens de strafzitting volgende week dinsdag in Zutphen gaat ze een symbolische schadevergoeding eisen en een slachtofferverklaring voorlezen. Volgens de raadsvrouw gaat het „op zich goed met het meisje, maar durft ze niet alleen naar buiten". Het kind zal niet op de zitting aanwezig zijn, haar ouders wel. De familie heeft eind oktober een brief ontvangen van minister Donner. Daarin geeft hij toe dat zijn ministerie onzorgvuldig heeft gehandeld en niet alert heeft gereageerd, zegt Van Bon–Moors. Zij beschouwt de brief als een erkenning van de aansprakelijkheid.
Verdachte M. S. staat niet alleen terecht voor de ontvoering en verkrachting van het meisje uit Eibergen, maar ook voor de verkrachting van een 14–jarig meisje in februari vorig jaar in Voorschoten. Hij vergreep zich aan haar op een bankje in een park. In die zaak is pas na de ontvoering in Eibergen aangifte gedaan. Tenslotte wordt S. ervan verdacht dat hij enkele uren voor de ontvoering van het Eibergse kind, heeft geprobeerd in het Duitse Ahaus een meisje te kidnappen.
De verdachte is de afgelopen tijd onderzocht in het Pieter Baan Centrum (PBC), de justitiële observatiekliniek. Volgens advocaat T. van der Goot heeft zijn cliënt daaraan meegewerkt, ook al vocht hij plaatsing in de kliniek in eerste instantie aan. S. werd in 1995 ook al in het PBC onderzocht. Van der Goot, die de inhoud van het PBC–rapport nog niet kent, verwacht dat er geen getuigen worden opgeroepen tijdens de zitting.
S. verbleef na een veroordeling in 1995 wegens verkrachting, diefstal, brandstichting en bedreiging, sinds 2001 in tbs–kliniek Flevo Future in Utrecht. Daar keerde hij op 11 mei vorig jaar niet terug van een afspraak tijdens zijn onbegeleid verlof. Op 23 mei ontvoerde hij in het Eibergse kerkdorp Rekken een 13–jarig meisje, door haar onder bedreiging van een mes te dwingen bij hem in de auto te stappen. Twee dagen later werd S. door de Duitse politie in Münster aangehouden en kwam er een einde aan de ontvoering. Het meisje bleek seksueel misbruikt te zijn.
Uit een brief van minister Donner bleek dat S. sinds september 2002 diverse keren met onbegeleid verlof mocht. Op 8 maart 2004 keerde hij niet terug, waarna zijn familie hem een dag later terugbracht naar de tbs–kliniek in Utrecht. Daarna werd besloten de man van de resocialisatie–afdeling terug te plaatsen naar de kliniek. Voordat het zover was, ging het weer mis, maar bekenden van S. brachten hem wederom terug.
Op 11 mei ontsnapte de verdachte opnieuw, na een fout van de kliniek. Om zijn alcoholverslaving aan te pakken, mocht hij naar het Consultatiebureau voor Alcohol en Drugs (CAD) op voorwaarde dat hij gehaald en gebracht werd. Die dag ging het echter mis en mocht S. zelfstandig naar het CAD. Daar kwam hij nooit aan. Ook de verkrachting van het meisje in Voorschoten zou zijn gebeurd tijdens een onbegeleid verlof van S.
Na de ontvoering ontstond veel commotie, omdat justitie wettelijk niet de mogelijkheid had de ontsnapte tbs’er actief op te sporen. Minister Donner kreeg de hoon van de Tweede Kamer over zich heen, waarna hij toezegde de wet te zullen aanpassen.