D66: Nu geen actie tegen Van Dijke
D66 zou nu geen actie meer ondernemen tegen de toenmalige RPF-politicus Leen van Dijke vanwege zijn uitspraken over homo’s. „De vrijheid van meningsuiting staat nu bij ons voorop”, zei D66-kamerlid Van der Ham dinsdagavond tijdens de eerste ronde van het kamerdebat over de grondrechten.
De koerswijziging van D66 is des te opmerkelijker omdat de huidige fractievoorzitter van D66, Dittrich, in 1996 voorop liep om Van Dijke aan de schandpaal te nagelen. De RPF’er had in een interview in Nieuwe Revu een vergelijking gemaakt tussen homoseksualiteit en witteboordencriminaliteit. Samen met een PvdA-kamerlid verzamelde Dittrich handtekeningen in de Tweede Kamer als protest tegen de uitspraken van het toenmalige kamerlid.
Het was ook Dittrich die dit kabinet in 2001 in een motie vroeg om duidelijkheid over de rangorde van grondrechten. Het kamerlid wilde een verbod op uitspraken die beledigend zijn voor bijvoorbeeld homo’s, ook als het ging om het uiten van godsdienstige opvattingen. Naderhand kwam Dittrich daarvan terug. Ook de rechterlijke macht vindt dat uitspraken beledigend mogen zijn, mits ze maar het publiek debat dienen en niet onnodig kwetsend zijn.
Minister De Graaf (D66) van Bestuurlijke Vernieuwing zegt in zijn vorig jaar gepresenteerde Grondrechtennota zich goed in deze lijn te kunnen vinden. Ook de andere fracties in de Tweede Kamer kunnen dat, zij het dat de VVD er moeite mee lijkt te hebben. Kamerlid Luchtenveld waarschuwde dat de vrijheid van godsdienst of van meningsuiting niet het verbod op discriminatie mag uithollen. Hij zegde De Graaf steun toe, maar kondigde ook aan dat zijn fractie alert zou blijven.
In 2002 zei Zalm in zijn rol als VVD-leider nog dat de vrijheid van godsdienst ondergeschikt diende te zijn aan het non-discriminatiebeginsel. Dat zou betekenen dat een veroordeling van bijvoorbeeld homoseksualiteit op grond van de Bijbel niet mag als die als discriminerend wordt ervaren.
Terugkomend op de eerdere aanval van zijn fractiegenote Van der Laan op het strafrechtelijk verbod op de smalende godslastering, herhaalde D66’er Van der Ham dat deze bepaling dient te worden geschrapt. Alleen de SP viel hem bij, de andere fracties zwegen op dit punt.
Tijdens het debat kwam SGP’er Van der Staaij stevig in aanvaring met PvdA’er De Vries, die op de SGP-website een pleidooi was tegenkomen voor het weren en uitroeien van valse godsdiensten. Volgens hem zou de SGP de vrijheid van godsdienst afschaffen zodra de partij de meerderheid heeft. Van der Staaij betwistte dat, maar liet wel weten dat de godsdienstvrijheid in de visie van de SGP niet onbeperkt is.
De SGP kwam later in het debat opnieuw aan de orde naar aanleiding van een interview in Elsevier van deze week met CDA-fractievoorzitter Verhagen. Verhagen wil voorkomen dat bijvoorbeeld moslimpartijen die de sharia (de strenge islamitische leer) willen invoeren, langs democratische weg de macht veroveren. Op de vraag van Halsema (GroenLinks) of het CDA alle partijen afwijst die een theocratie voorstaan (zoals de SGP), reageerde het christen-democratische kamerlid Chörüs bevestigend.
VVD’er Luchtenveld en LPF’er Eerdmans vonden elkaar in een gezamenlijke veroordeling van het ambtsgebed tijdens gemeenteraadsvergaderingen. Dat was volgens hen in strijd met de gedachte van de neutrale staat. Daar stelde Halsema (GroenLinks) tegenover dat de neutrale staat dan ook niet het atheïsme een streepje voor mag geven. Het debat wordt morgen voortgezet.