De monetaire politiek wordt bepaald door de raad van bestuur van de ECB. Daarin zitten behalve de zes directieleden ook de centralebankpresidenten van de eurolanden. Papademos staat afwijzend tegenover het bekendmaken van de opstelling van elk van de aanwezigen, maar hij heeft er geen bezwaar tegen de buitenwacht te laten weten hoeveel voor- en tegenstanders er waren. Dat zou voor de financiële markten de voorspelbaarheid vergroten. Tot dusver blijft alles van de tweewekelijkse besprekingen geheim.

De ministers van Financiën hebben Papademos (54) voorgedragen als opvolger van de Fransman Noyer, die eind volgende maand terugtreedt. Maandag verscheen hij voor een hoorzitting in het Europees Parlement in Brussel. De formele benoeming vindt plaats door de regeringsleiders.

De kandidaat sloot wat de kern van het beleid betreft volledig aan bij de opvattingen van de door Duisenberg geleide instelling. Hij benadrukte het belang van prijsstabiliteit en verdedigde de praktijk om de maatregelen concreet te richten op een inflatieniveau op de middellange termijn dat onder de 2 procent ligt.

De Belg De Grauwe, de enige rivaal van Papademos in de strijd om de functie bij de ECB, sprak zich recent nog eens uit voor een soepelere benadering. Hij wil meer ruimte om via de rente de groei te stimuleren. Volgens hem zijn er enkele bestuurders in Frankfurt die dat standpunt delen, zo kwam eind vorige week naar voren in een interview.

Papademos verwacht dat sommige aspirant-lidstaten al twee of drie jaar na hun aansluiting bij de EU gereed zullen zijn om ook de euro in te voeren. Hij wenst niet te sleutelen aan de voorwaarden op dat punt uit het Verdrag van Maastricht. Zelf geldt hij als degene die via een strenge aanpak de Griekse economie klaarstoomde voor deelname aan de gemeenschappelijke munt.