Commissie: buitenlandse inmenging bij Canadese verkiezingen
Bij de Canadese verkiezingen van 2019 en 2021 is sprake geweest van buitenlandse inmenging, stelt een Canadese onderzoekscommissie. Die inmenging had volgens onderzoekers echter geen invloed op de uitslag van de verkiezingen.
Dat staat in een eerste voortgangsrapport na 21 dagen van hoorzittingen, waarin onder meer inlichtingenchefs, hoge regeringsfunctionarissen en politici getuigden. Al enkele maanden leggen vermoedens van buitenlandse inmenging, met name door China, druk op de regering van premier Justin Trudeau.
„Tijdens de laatste twee federale verkiezingen was er sprake van buitenlandse inmenging, maar die heeft de integriteit van ons kiesstelsel niet ondermijnd”, aldus commissaris Marie-Josée Hogue in het rapport. Zij benadrukt dat de Liberale Partij van Trudeau beide verkiezingen hoe dan ook zou hebben gewonnen, „met of zonder buitenlandse inmenging”. Ook stelt zij dat er niet is geknoeid met het invullen en het tellen van de stembiljetten.
„Desalniettemin zijn de daden van inmenging die hebben plaatsgevonden een smet op ons verkiezingsproces en hebben ze invloed gehad op het proces voorafgaand aan de daadwerkelijke stemming”, aldus Hogue.
De commissaris belicht specifiek twee mechanismen die wel hebben plaatsgevonden: desinformatie en financiële steun. Daarbij zou sprake zijn geweest van omkoping, chantage, cyberaanvallen en het verspreiden van valse informatie via sociale media en traditionele massamedia. De commissie zegt dat zij „China beschouwt als met afstand de grootste bedreiging voor het Canadese electorale proces”.
De bevindingen uit het voortgangsrapport zijn voorlopig. Het eindrapport wordt pas in december verwacht. China ontkent de beschuldigingen.