„Je zou willen dat er eindelijk eens een knik in de ontwikkelingen kwam, dat de lijnen niet altijd naar beneden gingen, maar dit is weer best wel weer teleurstellend”, zegt stichtingsdirecteur Lobke Vlaming. Dat je eigenlijk alleen maar boft als je op een goede school zit terwijl gewoon iedereen recht heeft op goed onderwijs, vindt ze „heel erg”.

Ze vertelt dat haar stichting gemiddeld zestig ouders per dag spreekt en ook een ouderpanel van 9000 vaders en moeders regelmatig bevraagt. Uit die contacten komt de ongerustheid duidelijk naar voren.

Er zijn niet alleen zorgen over het basisonderwijs maar ook over het voorgezet onderwijs, waar vaak en lang lessen uitvallen, ook bij de belangrijkste vakken. „Soms moeten examenprogramma’s worden aangepast, dan zak je toch wel door een ondergrens.”

Dat de inspectie zegt dat er naar de grote vrijheden in het onderwijs moet worden gekeken, beaamt Vlaming. „Er zouden misschien meer kaders kunnen worden gesteld.” Verder vindt ze dat de lerarenopleidingen in elk geval financieel gemakkelijker toegankelijk moeten worden en dat het vak ook voor wie altijd voor de klas staat interessanter dient te worden. Ook daar kan volgens haar bijvoorbeeld promotie worden gemaakt, bijvoorbeeld door je in bepaalde vakken te specialiseren.

Ook moeten leerkrachten niet te veel worden lastiggevallen met andere dingen dan lesgeven. Bovendien dienen er volgens haar gewoon altijd bevoegde leerkrachten voor de klas staan, wat nu lang niet altijd het geval is. „Het wordt nu een beetje gezien als een fact of life dat dat lang niet altijd zo is.”