Kabinet dekt extra uitgaven in voorjaarsnota uit meevallers
De extra miljarden die het demissionaire kabinet uittrekt voor onder meer Oekraïne en defensie, komt van meevallers op diverse begrotingen. Dat betekent dat de overheidsfinanciën er per saldo niet door verslechteren. Desondanks blijft de ruimte voor een nieuw kabinet om extra uitgaven te doen zeer beperkt.
Dat staat in de voorjaarsnota die minister Steven van Weyenberg (Financiën) naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. De jaarlijkse bijstelling van de lopende rijksbegroting komt daarmee een stuk eerder dan gebruikelijk. Dat gebeurt mede op verzoek van de informateurs, die dit inkijkje in de overheidsfinanciën nodig zeiden te hebben in de onderhandelingen over een nieuw kabinet.
Voor militaire en humanitaire steun aan Oekraïne zet het kabinet zoals het vrijdag al meldde in totaal 4,4 miljard euro extra opzij. Daarnaast gaat structureel ruim 700 miljoen euro extra naar gemeenten en provincies, en krijgt defensie er eenmalig 500 miljoen euro bij voor onder meer versterking van de luchtverdediging.
Tegenvallers zijn er ook, bijvoorbeeld bij de asielopvang. Daar is dit jaar en volgend jaar in totaal ruim 1 miljard euro extra voor nodig. Voor de afhandeling van het schandaal rond de kinderopvangtoeslag trekt het kabinet 1,3 miljard euro extra uit, voor de gedupeerden van de gaswinning in Groningen nog eens een half miljard.
Ondanks de extra uitgaven blijft het begrotingstekort dit jaar beperkt tot 2,5 procent van de totale omvang van de economie. Ook in 2025 blijft het zogeheten EMU-saldo met 2,8 procent nog onder het maximum van 3 procent dat de eurolanden onderling hebben afgesproken.
Van Weyenberg spreekt van een „beleidsarme” begroting en vindt dat het kabinet zich „terughoudend” opstelt. Dat het begrotingstekort de komende jaren blijft oplopen, komt volgens hem ook door bijvoorbeeld vergrijzing. Om dat te voorkomen zouden forse bezuinigingen of lastenverzwaringen nodig zijn. Dat past niet bij een demissionair kabinet, vindt de minister.