Kerk & religieMeditatie

Meditatie: Niet zien, maar geloven

Johannes 20:29

Aurelius Augustinus
4 April 2024 06:51
beeld RD
beeld RD

„Jezus zei tot hem: Omdat gij Mij gezien hebt, Thomas, zo hebt gij geloofd; zalig zijn zij die niet zullen gezien hebben en nochtans zullen geloofd hebben.

De discipelen zagen Jezus, ze raakten Hem aan en konden het bijna niet geloven. Groot is de genadegunst die over óns komt. Wij hebben Hem niet gezien en Hem niet aangeraakt, en toch geloven wij.

En toen ze het van vreugde en verbazing niet konden geloven, zei Hij tot hen: „Heeft u hier iets te eten? Dan gelooft u tenminste wel dat Ik leef, als Ik samen met u eet.” Zij reikten Hem aan wat ze hadden, een stuk van een geroosterde vis. Geroosterde vis, dat is martelaarschap: geloof door vuur beproefd.

Maar toch, om te voorkomen dat Hij de indruk zou wekken in een of ander opzicht de menselijke geest te hebben misleid, legde Hij Zijn handen op de Schriften. Laat de heidenen maar zeggen wat ze willen: „Hij was een magiër, Hij kon Zichzelf zichtbaar maken.” Een magiër kon zichzelf toch zeker niet uit de Schriften voorspellen voordat hij was geboren? Zie op, want wat u ziet, is tevoren voorzien en wat u ontwaart, is tevoren voorzegd. Luister dochter, en zie op. Luister en zie op. Luister naar de voorzegging en zie op naar de vervulling. Hij was het Hoofd Dat het overtuigend aantoonde. Het was Christus de Heere. Het was het Hoofd van de kerk, Dat overtuigend bewees levend te zijn, waarachtig, zeker en volledig. En dat leidde tot het geloof van hen die geloofden.

_Aurelius Augustinus,
bisschop te Hippo

(Sermo 229J.1”, 417)_

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer