Stadsdeel en commissie Amsterdam blij met locatie Slavernijmuseum
Het dagelijks bestuur van stadsdeel Oost en de Commissie Omgevingskwaliteit in Amsterdam zijn blij met de beoogde locatie van het Nationaal Slavernijmuseum op de kop van het Java-eiland in Amsterdam-Oost. Dat laten de partijen dinsdag weten in hun advies over een in februari verschenen plan van drie kwartiermakers voor het museum in de hoofdstad.
Het dagelijks bestuur van het stadsdeel ziet het als een eer om het in hun ogen belangrijke museum te huisvesten. Dit biedt volgens hen de kans om de verbinding te maken tussen onder meer het Nationaal Slavernijmonument, het Wereldmuseum en de komst van het Suriname Museum en om ondernemerschap en economie rondom het museum „een impuls te geven”.
In hun advies wordt onder meer gesproken over de parkeermogelijkheden en bereikbaarheid met het openbaar vervoer. Voor dat laatste punt ziet het stadsdeel de voorgestelde ontsluiting over het water als „zeer aantrekkelijke optie”. „Niet alleen als toevoeging voor de beleving van het bezoek aan het museum, maar ook als ontlasting van de toevoer van bezoekers die anders via de Jan Schaeferbrug zullen reizen.” Het bestuur vraagt het Amsterdamse college aandacht te schenken aan de „afwikkeling van de bezoekers” aan het museum.
Ook de Commissie Omgevingskwaliteit is blij met de beoogde locatie, die volgens hen genoeg ruimte biedt om aan de wensen van het programma te voldoen.
Staatssecretaris Fleur Gräper-van Koolwijk (Cultuur) en de Amsterdamse cultuurwethouder Touria Meliani vroegen advies aan het dagelijks bestuur van stadsdeel Oost, de Commissie Omgevingskwaliteit, de Raad voor Cultuur (RvC) en de Amsterdamse Kunstraad. Ook de RvC en de kunstraad lieten in een gezamenlijk advies weten vertrouwen te hebben in het plan van de kwartiermakers.
„Ik ben blij met dit positieve advies”, zegt Meliani. „Deze drie adviezen worden meegewogen in de bestuurlijke reactie. Ik verwacht voor de zomer een bestuurlijke reactie op de plannen te sturen aan de raad.”