Halfgeknotte strandschelp en kokkel meest gevonden bij teldag
De schelpen die het meest werden gevonden op de Nederlandse stranden tijdens de Schelpenteldag vorige week zaterdag zijn de halfgeknotte strandschelp en de kokkel. Ongeveer vijftienhonderd mensen deden mee aan de teldag, die werd georganiseerd door onder meer Naturalis Biodiversity Center.
De deelnemers telden samen meer dan 49.000 schelpen op zeventien locaties langs de Nederlandse kust. Met hulp van experts sorteerden ze de schelpen op soort en telden ze de aantallen.
Ook in België en Noord-Frankrijk gingen mensen de stranden af om schelpen te tellen. Langs 400 kilometer aan Noordzeekust zijn er in totaal meer dan 110.000 schelpen geteld. Met de resultaten krijgen de experts een beter beeld van wat er leeft in de Noordzee, zeggen de initiatiefnemers. In Frankrijk werd de gewone tapijtschelp het meest gevonden.
In Nederland werden de ovale en stevige strandschelp vaak gevonden (derde en vierde plaats). De mossel werd minder vaak geteld en stond op plek acht. In België werd het nonnetje weer veel gevonden; met 9013 verzamelde exemplaren behaalde deze schelpensoort de derde plaats. Vorig jaar was het in België de meest gevonden schelp.
Er werden dit jaar weer bijzondere vondsten gedaan. Op de Nederlandse stranden werd de Anadara kagoshimensis uit Japan gevonden, ook wel bekend als de arkschelp. Deze soort komt van oorsprong niet uit Nederland. Hij is in de jaren zestig door schepen per ongeluk vervoerd naar Nederland.
Ook werd een opvallend grote schelp gevonden, die nader bestudeerd moest worden. Experts concluderen dat het gaat om de Mesodesma donacium uit Peru. Die komt niet van nature voor langs de Nederlandse kust. De kenners achten het vrijwel zeker dat de schelp afkomstig is van netjes met tropische schelpen uit toeristenwinkels.