Kerk & religie

Hevige rellen tussen christenen en druzen in Israël

„We hebben alles gedaan om te voorkomen dat er weer een gewelddadige reactie plaatsvindt”, zegt de Grieks-katholieke priester Elias Chacour. „Onze christenen hebben goed gereageerd. We hebben met de vlaggen van verzoening, vergeving en liefde gezwaaid. Dat was geweldig.”

Alfred Muller
18 February 2005 20:33Gewijzigd op 14 November 2020 02:15

Chacour was een van de religieuze leiders die de afgelopen week hebben geprobeerd de gemoederen te kalmeren in het Israëlische dorp Mughar in Galilea. Zaterdag gebruikten druzen, een islamitische sekte, geweld tegen Arabische christenen. Bij de ongeregeldheden werden 20 huizen, 25 winkels en bedrijven en 40 auto’s verwoest. Tweeduizend christenen zijn gevlucht naar familie en vrienden elders in Galilea. De bevolking van Mughar bestaat voor 58 procent uit druzen, 22 procent christenen en 20 procent moslims, aldus het Israëlische dagblad The Jerusalem Post.

Aanleiding van de rellen was een bericht dat christenen foto’s van naakte druzische vrouwen op internet zouden hebben geplaatst, of wilden plaatsen. Politieonderzoek heeft uitgewezen dat het een vals gerucht betrof dat afkomstig was van een druzische jongen. Bij de rellen raakten acht mensen gewond, maar er vielen geen doden. Enkele tientallen druzen zijn door de politie gearresteerd, onder wie personeelsleden van de grenspolitie. In een van de huizen van de christenen werd een niet-ontplofte handgranaat aangetroffen. Een van de klachten van de bewoners was dat de Israëlische politie te laat arriveerde.

Het belangrijkste is nu om de christenen die zijn weggevlucht ervan te overtuigen dat ze terug kunnen komen, zegt Chacour. „Veel winkels, auto’s en huizen zijn volledig afgebrand. Huizen zijn onbewoonbaar geworden. We moeten een manier vinden om de eigenaars te compenseren. Ik, en vele druzen met mij, geloof dat de druzen een groot deel van de compensatie moeten leveren. Zodat hun kinderen in de toekomst zich wel zullen bedenken voordat ze weer zo’n barbaarse handeling uitvoeren.”

De ministers Ophir Paz-Pines (Binnenlandse Zaken) en Gideon Ezra (Binnenlandse Veiligheid) hebben het dorp bezocht en de rellen op de agenda van de kabinetsvergadering geplaatst. Paz-Pines zei dat zijn ministerie zal bekijken of het de schade aan publieke eigendommen kan betalen. Het ministerie van Huisvesting zal volgens hem de mogelijkheden onderzoeken om ook de schade aan particuliere eigendommen te vergoeden.

Verder gelooft Chacour dat de christelijke identiteit in het heilige land moet worden versterkt. „Af en toe zijn er aanvallen op christenen. Onze christenen voelen zich zeer geschokt. Van de christelijke jongeren wil 70 procent het land uit als ze de kans krijgen. Dat is een ramp, omdat ze een verantwoordelijkheid hebben in dit land. Ze kunnen een rol spelen door in het Israëlisch-Palestijnse conflict een gematigde stem te laten horen en als brug te dienen tussen Joden en Palestijnen en tussen Israël en de Arabische landen.”

Dr. Asad Ghanem, verbonden aan de afdeling voor politieke wetenschappen aan de universiteit in Haifa, zegt dat de Arabische gemeenschap in Israël aan het desintegreren is. In plaats dat de Arabische minderheid zich aaneensluit om de eigen belangen te verdedigen, veroorzaken de verschillende religies, clans en families scheidslijnen. „In elke dorp en elke stad bestaan er dagelijkse spanningen tussen bepaalde religieuze groepen en degenen die tot verschillende clans en families behoren. Dat betekent dat we een zwakke, gedesintegreerde samenleving hebben.”

De Israëlische Arabieren, die zich ook wel Israëlische Palestijnen noemen, behoren tot de Palestijnse natie, maar ze hebben het Israëlische staatsburgerschap, aldus Ghanem. In de Palestijnse nationale beweging spelen zij slechts een marginale rol. „We behoren niet helemaal tot Israël en niet helemaal tot de Palestijnen. We hebben een gedeeltelijke identiteit aan de Palestijnse kant en een gedeeltelijke aan de Israëlische kant.”

Op korte termijn dienen leiders van de diverse gemeenschappen in Mughar en andere plaatsen bij elkaar te komen om over de spanningen te praten, aldus Ghanem. De regering en politie moeten een grotere rol spelen om de problemen in de Arabische sector op te lossen en het onderwijs moet er meer de nadruk op leggen dat de Arabieren een groep vormen.

Dr. David Bukay, eveneens politicoloog aan de universiteit van Haifa, verwerpt de stelling dat de betere economische positie van de christenen de diepere oorzaak is van de druzische woede. Hij ziet de oorzaak in het stemgedrag van de christenen. Die hebben voor een burgemeester gekozen van wie de meeste druzen niet hielden. „Dit was een soort wraak.”

Volgens het Centraal Bureau voor Statistiek telde Israël, eind 2003, 6,7 miljoen inwoners. Van hen is 77 procent jood, 15,5 procent moslim, 2,1 procent christenen en 1,6 procent druus.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer