De verantwoordelijkheid voor de aanslag is niet opgeëist, maar de autoriteiten vermoeden een verband met de islamitische opstand in de zuidelijke provincies Pattani, Yala en Narathiwat. Het geweld kostte in het afgelopen jaar aan ten minste 650 mensen het leven. Het was voor het eerst dat er een aanslag met een autobom werd gepleegd in Thailand. In Yala werd een legertruck vrijdag getroffen door een bom. Twee soldaten raakten daarbij gewond.

De Thaise premier Thaksin Shinawatra, die woensdag begon aan een rondreis door het gebied, kondigde donderdag aan dat de regering dit voorjaar ongeveer 400 miljoen euro te verdelen heeft over dorpen in het hele land. Maar dorpen in zogeheten rode zones -gebieden waar de bevolking volgens de regering vijandig staat tegenover het staatsgezag en sympathie koestert voor de moslimrebellen- krijgen geen cent. „Ik wil niet dat het geld gebruikt wordt om geweren en bommen te kopen”, zei Thaksin. „Niemand mag ons geld gebruiken om zich af te scheiden van Thailand.”

Als het onthouden van geld niet werkt, zei Thaksin het leger te zullen sturen om de 358 dorpen in de rode zones onder druk te zetten.

Abdulrohman Abdulsamad, voorzitter van de Islamitische Raad van Narathiwat, waarschuwde dat de regering met deze houding de dorpelingen verder in de armen van militanten zal drijven. Ook zei hij dat het gevaar bestaat dat binnen- en buitenlandse extremisten zich met de zaak gaan bemoeien. De regering moet juist meer geld in het gebied pompen om vertrouwen te winnen, zei hij.

Thaksin is bij de verkiezingen van 6 februari met overweldigende meerderheid herkozen, maar in de drie moslimprovincies is geen enkele kandidaat van zijn partij gekozen. Veel moslims voelen zich in het boeddhistische koninkrijk als tweederangsburgers behandeld.