Inwoners van het dorp Jhiga in het zuidwestelijke district Kapilvastu hebben donderdag twaalf rebellen gedood. De dorpelingen openden de aanval op de opstandelingen, omdat die twee inwoners van Jhiga hadden ontvoerd. De andere maoïsten kwamen om het leven in confrontaties met het leger in het westen van het land in onder meer de districten Khirpur en Rolpa.

Koning Gyanendra van Nepal riep kortgeleden de noodtoestand uit en stuurde de regering naar huis. De vorst was ontevreden over het beleid van premier Sher Bahadur Deuba. Die was er niet in geslaagd een einde te maken aan het geweld van de maoïsten die de monarchie omver willen werpen. Ook kwam de premier niet aan het organiseren van verkiezingen toe.

Gyanendra heeft donderdag een commissie ingesteld die corruptie onder politici en ambtenaren moet gaan bestrijden.

De door Gyanendra ingestelde commissie krijgt vergaande bevoegdheden. Zo kan ze personen die ze schuldig acht aan smokkel, belastingontduiking, illegale transacties of andere vormen van corruptie naar de gevangenis sturen, zonder dat daar een rechter aan te pas komt. In het verleden zijn veel corrupte ministers en ambtenaren ontslagen.

Volgens Amnesty International is de kans dat er een politieke oplossing komt voor het conflict met de rebellen door de maatregelen van Gyanendra verkleind.

Oppositiepartijen hadden voor vandaag, de dag dat Nepal zijn jaarlijkse dag van de democratie viert, demonstraties tegen Gyanendra’s machtsgreep aangekondigd. Demonstraties zijn onder de noodtoestand echter verboden en een aantal oppositieleiders is opgepakt in verband met de aangekondigde protesten.

Een groot aantal landen heeft zijn ambassadeur uit Nepal teruggetrokken naar aanleiding van de maatregelen van Gyanendra.