De PVV riep in een commissievergadering op tot een gedegen onderzoek naar de gezondheidsrisico’s voor de langere termijn. 50PLUS vroeg zich af of bewoners gecompenseerd kunnen worden als hun huizen door de plaatsing van windturbines minder waard worden.

GS hebben potentiële locaties voor windturbines aangewezen omdat er tot dusver onvoldoende concrete plannen zijn om de ambities op het gebied van het opwekken van duurzame energie waar te maken. Eerder spraken de provincie en gemeenten af in 2030 2,4 terawattuur (TWh) aan zonne- en windenergie op te wekken. Om dat doel te kunnen bereiken, moeten er meer windturbines komen. Utrecht heeft er nu zestien. Daarmee is het de provincie met de minste windturbines.

Gedeputeerde Huib van Essen (energietransitie) zei dat niet in alle aangewezen gebieden per se windturbines moeten komen. Gemeenten en regionale samenwerkingsverbanden zijn nu aan zet om de plannen verder uit te werken. Als gemeenten zelf niet aangeven welke gebieden ze willen benutten voor windenergie, zou de provincie plekken kunnen aanwijzen.

Onder meer SGP en BBB wezen erop dat door het aanwijzen van de gebieden onrust is ontstaan onder inwoners en gemeenten. Inwoners vrezen onder meer voor overlast en aantasting van het landschap. Ook zijn er gemeenten die hebben laten weten dat ze liever volledig inzetten op zonne-energie. Ook had een belangengroep tijdens een inspraakbijeenkomst gezegd dat bij het aanwijzen van een locatie voor windturbines bij Wijk van Duurstede verkeerde argumenten zijn gebruikt.

De SGP riep het college op alle inspraakreacties schriftelijk te beantwoorden, maar gedeputeerde Van Essen wilde niet zo ver gaan. Wel zegde hij toe insprekers te beantwoorden die vraagtekens zetten bij de wijze waarop locaties voor windturbines zijn geselecteerd.