Het gaat om een brief van het gemeentebestuur uit 1998 waarin aan een varkenshouder uit Putten uitdrukkelijk medewerking wordt toegezegd dat hij een varkensbedrijf mag gaan bouwen aan de Goorsteeg. Later kwam het gemeentebestuur echter hierop terug. Twee rechters van de Raad van State, die de delegatie van de gemeente Putten dinsdag ondervroegen, waren stomverbaasd dat de gemeente de schriftelijke toezegging glashard ontkende.

Veehouder H. Doppenberg eist van de gemeente 500.000 euro nu hij aan de Goorsteeg geen stallen mag bouwen. Hij deed investeringen en stemde zijn bedrijfsvoering af op het geplande bedrijf aan de Goorsteeg. Doppenberg wil niet de dupe zijn van een „politiek spelletje” binnen het gemeentebestuur van Putten waar het beleid omtrent varkensbedrijven is veranderd.

Doppenberg heeft al twee varkensbedrijven aan de Voorthuizerstraat en de Veldwijkweg. Om zijn tien kinderen een toekomst te verzekeren vroeg hij de gemeente toestemming voor de bouw van een derde bedrijf aan de Goorsteeg. Hij kreeg in 1998 een brief waarin de gemeente schreef dat „is besloten” om het bestemmingsplan te wijzigen ten gunste van Doppenberg. De gemeente had ook toestemming van de provincie op zak.

De Raad van State doet binnen zes weken uitspraak. Op de zitting dinsdag werd duidelijk hoe de zaak gaat uitpakken. „Als u zelf nou zo’n brief zou krijgen, wat zou u daar dan uit concluderen?” vroeg rechter D. Slump aan de vertegenwoordigster van de gemeente. Desondanks hield zij vol dat van een toezegging geen sprake is.