Verdrag van Kyoto na zeven jaar eindelijk van kracht
Ruim zeven jaar nadat vertegenwoordigers van 140 landen het Verdrag van Kyoto ondertekenden en daarmee afspraken de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen, wordt het verdrag woensdagochtend eindelijk van kracht. Slechts een beperkt aantal van de ondertekenende landen heeft het klimaatverdrag geratificeerd en veel landen zullen de hen opgelegde maxima overschrijden, waaronder Japan, het land waar het verdrag het licht zag.
In het congrescentrum waar de vertegenwoordigers van de landen in december 1997 de tekst van het Kyoto–protocol of verdrag overeenkwamen, wordt woensdag feest gevierd. Dankzij de ratificatie van het verdrag door het Russische parlement afgelopen najaar treedt het verdrag precies om middernacht in New York (07.00 uur Nederlandse tijd) officieel in werking.
Maar er is weinig reden voor feest. Ten eerste is het verdrag geratificeerd door landen die goed zijn voor slechts 55 procent van de uitstoot van broeikasgassen op aarde, een vereiste om het van kracht te doen worden. Belangrijkste spelbreker zijn de Verenigde Staten, de grootste producent van koolstofdioxide en de andere vijf gassen die het broeikaseffect veroorzaken. De VS ondertekenden het verdrag wel, maar de Amerikaanse Senaat weigerde het te ratificeren omdat het schadelijk zou zijn voor de economie. De regering van president George Bush was het daarmee eens en verwees het naar de prullenbak.
Daarnaast zijn er maar weinig landen die de in het verdrag vastgestelde reductie zullen halen. De Europese Unie moet als geheel voor 2012 de uitstoot hebben teruggebracht tot 8 procent onder het niveau van 1990, maar gaat dat hoogstwaarschijnlijk niet redden. Japan, de tweede economie ter wereld, moet voor 2012 6 procent onder het niveau van 1990 zitten. Maar ook hier wijzen onderzoeken uit dat het grootste deel van het land ver achter op schema ligt.
De Japanse regering heeft plechtig gezworen dat de in Kyoto vastgestelde reductie zal worden gehaald. ‘Hoewel de lat hoog ligt, vragen we het Japanse volk en de industrie om mee te werken’, zei minister van milieu Yuriko Koike. Maar volgens een rapport van het ministerie van economische zaken liepen elf van de dertig grote industrietakken in Japan, waaronder de staalindustrie en de elektriciteitsbedrijven, het risico het vastgestelde quotum te overschrijden. Een onderzoek van de krant Mainichi wees bovendien uit dat slechts zes van 25 onderzochte Japanse provincies de voor 2004 vastgestelde reductie hadden gehaald.
Volgens critici heeft Japan niet eens een plan opgesteld om ’Kyoto’ te halen. In die context is het niet toevallig dat de Japanse industrieën zich op het gebied van de uitstootreductie vooral bezighouden met de emissiehandel. Het verdrag van Kyoto staat het landen toe schone lucht te verkopen aan landen die te veel broeikasgas uitstoten. Een onderzoek van de Wereldbank heeft uitgewezen dat 41 procent van alle verhandelde emissierechten vorig jaar door Japan zijn gekocht. Het toont aan hoe serieus bedrijven in nota bene het land van het Kyoto–verdrag de uitstoot van de gassen proberen terug te dringen.