De ziekenhuizen, verenigd in de Marktgroep Ziekenhuizen, willen meer ruimte om met zorgverzekeraars over de prijzen van behandelingen te onderhandelen. Nu mogen ze dat maar voor een beperkt aantal zaken, zoals knieoperaties. Het gaat om niet meer dan 10 procent van het totale ziekenhuisbudget. De overige 90 procent van het budget blijft voorlopig niet onderhandelbaar, op landelijk vastgestelde tarieven.

Het was de bedoeling om ziekenhuizen de komende jaren meer vrijheid te geven. Volgens de ziekenhuizen heeft Hoogervorst onlangs echter aangegeven dat het nog een aantal jaar zo blijft. „Koudwatervrees", stellen de ziekenhuizen. Niet alleen bij de overheid, maar ook bij de politiek en sommige zorgverzekeraars.

Het HagaZiekenhuis in Den Haag, de Sint Maartenskliniek in Nijmegen, het Kennemer Gasthuis in Haarlem, het Martini Ziekenhuis in Groningen, het Medisch Centrum Leeuwarden en het OLVG in Amsterdam vinden dat een slechte zaak. Zij vrezen dat die 90 procent van de begrotingen van ziekenhuizen op die manier ook te makkelijk ten prooi zullen vallen aan bezuinigingsdrift.

De ziekenhuizen willen sneller de markt op. Als het aan hen ligt, wordt volgend jaar 30 en in 2008 60 tot 70 procent van de totale ziekenhuiskosten overgelaten aan vrije prijsonderhandelingen. Het gaat dan om alle vormen van chronische en niet-spoedeisende zorg. Verder moet Hoogervorst een werkgroep oprichten die voor de zomer advies uitbrengt over de organisatie en financiering van spoedeisende zorg.