Van Geel: VS nodig bij uitvoer Kyoto
Staatssecretaris Van Geel (Milieu) vindt dat de EU het goede voorbeeld moet geven bij de uitvoering van het klimaatakkoord van Kyoto, „anders kunnen we het wel schudden.” De staatssecretaris zei dat maandag bij de start van een internationale expeditie naar de Noordpool.
Van Geel sluit niet uit dat op termijn ook de Verenigde Staten het akkoord van Kyoto ratificeren. „We doen daar veel aan, maar ik kan er op dit moment geen details over vertellen”, aldus de staatssecretaris.
Het akkoord van Kyoto treedt morgen officieel in werking. Aangesloten industrielanden moeten volgens dat in 1997 gesloten klimaatverdrag in 2012 hun uitstoot van broeikasgassen met ruim 5 procent hebben verminderd ten opzichte van de uitstoot in 1990. Critici zeggen dat het verdrag weinig voorstelt, zolang de VS -’s werelds grootste broeikasgasproducent- niet meedoen.
Minister Bot (Buitenlandse Zaken) ging maandag tijdens de jaarlijkse Hofstadlezing in Den Haag eveneens in op klimaatbeleid. Volgens hem moet Nederland „de mogelijkheid van schone kernenergie openhouden” en zo snel mogelijk toepasbare waterstoftechnieken ontwikkelen om de uitstoot van broeikasgassen te beperken.
Van Geel sprak maandag bij de start van ”Pole Track 2005”, een internationale klimaatexpeditie naar de Noordpool. De expeditie wil de aandacht vestigen op de gevolgen van klimaatverandering op het poolijs.
Drie expeditieleden, onder leiding van de Nederlander Marc Cornelissen, vertrekken morgen naar Cape Artichesky, een van de noordelijkste eilanden van Rusland. Van hieruit beginnen ze een 1000 kilometer lange skitocht naar de Noordpool.
De expeditieleden zullen onderweg data verzamelen. Op veel plaatsen meten ze de dikte van de sneeuw- en ijslaag en de temperatuur. Deze gegevens kan ruimtevaartorganisatie ESA gebruiken als referentie voor de waarnemingen van CryoSat, een satelliet die het volume aan ijs op de Noordpool vanaf eind maart in kaart zal brengen.
Onderweg zullen de poolreizigers drie weerstations plaatsen. Verplaatsing van de stations moet op termijn informatie verschaffen over de bewegingen van het noordpoolijs. Bovendien zullen de weerstations dagelijks een aantal keren temperatuur en luchtdruk meten.
Een internationale groep wetenschappers, onder andere van het Alfred Wegener Instituut in Duitsland, zal de gegevens verwerken. Onderzoekers proberen daarmee veranderingen te begrijpen en te vertalen naar een betrouwbaar klimaatmodel.