Indonesië verplaatst tsunami-ontheemden
De Indonesische autoriteiten hebben dinsdag een eerste barakkenkamp geopend op Atjeh voor de tijdelijke huisvesting van de slachtoffers van de zeebeving. Het is de bedoeling in de komende weken, op vrijwillige basis, in totaal 100.000 ontheemden te laten vertrekken uit de tentenkampen waar ze nu zijn en de groep op te nemen in 24 opvangcentra, waar nieuwe houten barakken staan.
Volgens The Jakarta Post zullen de slachtoffers mogelijk tot twee jaar lang in de nieuwe opvang moeten blijven. Veel internationale hulporganisaties juichen de verplaatsing van de ontheemden volgens de krant toe. In tegenstelling tot de vele tientallen tentenkampen hebben de nieuwe centra goede sanitaire voorzieningen en ook een goede gemeenschappelijke keuken.
Toch is er ook kritiek. Volgens sommige hulpverleners liggen de centra vaak wat afgelegen, waardoor het moeilijk zal zijn om mensen weer aan de slag te krijgen in de landbouw of de visserij. Ook de waarschijnlijke stationering van Indonesische militairen in de centra is volgens sommigen geen goede zaak. Atjeh is al jaren het toneel van gevechten tussen separatistische rebellen en het leger en de critici vinden dat de centra geen schietschijf van rebellen mogen worden.
Door de zeebeving zijn in Atjeh zeker 400.000 mensen ontheemd geraakt. De meesten zijn opgevangen door familie of vrienden en daar zullen ze voorlopig ook moeten blijven. Een gering aantal is al teruggekeerd naar hun grotendeels verwoeste woonplaatsen om er letterlijk en figuurlijk een nieuw leven op te bouwen.
Op Atjeh zijn zondag 582 lijken geborgen van onder het puin van de tsunami van 26 december, waarmee het dodental in Indonesië op 119.349 komt. Het aantal vermisten is iets omlaaggegaan - van 114.922 naar 114.897. Op negen na werden alle lijken gevonden in de hoofdstad Banda Atjeh.
De Indonesische overheid verwacht dat er de komende weken nog gemiddeld vijfhonderd doden per dag zullen worden gevonden. Van de lijst van vermisten worden alleen namen geschrapt als iemands dood wordt bevestigd of iemand levend wordt aangetroffen in een van de opvangkampen.
Het Wereldvoedselprogramma (WFP) van de Verenigde Naties zei maandag dat de hulp aan hongerend Afrika flink is gedaald in de nasleep van de zeebeving in Azië. Die bracht honderden miljoenen dollars aan hulp op en dat is ten koste gegaan van de Afrikanen.
Giften aan WFP-programma’s in Afrika zijn met 21 procent gedaald tot 24 miljoen dollar in januari 2005. Een jaar geleden was nog 29 miljoen dollar ingezameld. In januari 2004 maakten donaties voor Afrika nog 20 procent uit van de totale inzameling, maar dat was in januari dit jaar nog maar 8 procent.