Zuid-Holland krijgt overlastgevende windturbines niet stil
Hoewel omwonenden al bijna vijf jaar klagen over overlast, blijven de windturbines in de Zuid-Hollandse gemeente Hoeksche Waard continu draaien. De exploitant van Windpark Spui weigert de vijf turbines op sommige momenten uit te zetten, iets waar mensen uit de buurt om vragen. De Zuid-Hollandse gedeputeerde Berend Potjer (energie, GroenLinks) benadrukte in een commissievergadering van Provinciale Staten dat de eigenaar zich aan de vergunning houdt en dat de provincie daarom niets kan afdwingen.
Van vrijwel alle partijen in de commissie kreeg Potjer het dringende verzoek om nogmaals met de exploitant te gaan praten over mogelijkheden om de geluidshinder die in de omgeving wordt ervaren te reduceren. „Ik wil het best nog een keer proberen, maar ik verwacht niet dat het iets gaat opleveren. Ik heb namelijk al mijn uiterste best gedaan”, aldus de gedeputeerde.
Al sinds de opening in 2019 van windpark Spui, dat zo’n 24.000 huishoudens per jaar van stroom voorziet, ervaren omwonenden geluidshinder van de bijna 200 meter hoge turbines. Zo hebben ze slaapproblemen. De dichtstbijzijnde woning ligt op zo’n 400 meter afstand.
Diverse onderzoeken wijzen uit dat er bij een bepaalde windkracht en windrichting geluidsoverlast is. Dit blijft gemiddeld echter wel binnen de normen.
De exploitant stort jaarlijks 21.000 euro in een gebiedsfonds, waarmee projecten worden betaald die bijdragen aan de leefbaarheid en omgevingskwaliteit. De eigenaar van het windpark betaalt voor omliggende woningen ook isolerende maatregelen als het plaatsen van dubbel glas of rolluiken.
Een aanzienlijk deel van de Zuid-Hollandse Staten wil dat de windturbines op bepaalde momenten worden uitgezet, bijvoorbeeld ’s nachts of bij een bepaalde windkracht. „Hoe kan het dat we hier al vijf jaar over praten en dat er nog steeds geen oplossing is?”, vroeg Joeri Oudshoorn van Partij voor de Dieren aan Potjer. „Er wordt voldaan aan de vergunning en dus hebben we beperkt mogelijkheden om in te grijpen”, antwoordde de gedeputeerde. „We zijn afhankelijk van wat de exploitant op vrijwillige basis wil doen.”