Buitenland

Italianen kunnen eigen straatnaam kopen

Inwoners van een gemeente in Zuid-Italië kunnen binnenkort hun naam op een straatnaambord laten vereeuwigen. Op die manier hoopt de gemeente de begroting rond te krijgen.

Van onze correspondent
11 February 2005 19:48Gewijzigd op 14 November 2020 02:13

De zoon van de voormalige dorpsarts stortte vorig jaar 8000 euro op de rekening van de gemeente San Giorgio del Sannio, een stadje aan de Via Appia bij Benevento in Zuid-Italië. Trots laat de man nu zien wat dat geldbedrag heeft opgeleverd. Hij wijst omhoog naar een straatnaambord in het centrum van de gemeente. ”Dokter G. Capozzistraat” valt er op te lezen.

Behalve de familie van dokter Giuseppe Capozzi heeft ook het nageslacht van de rector van een school een straatnaam gekocht: Via Mario Lanzotti. Die kostte maar 6000 euro omdat de weg in een buitenwijk ligt en niet in het centrum.

Dit moderne monopoliespel gaat de komende weken echt van start nu de gemeente, die zo’n 10.000 zielen telt, vijftien andere straatnamen in de verkoop doet. De prijs wordt wel opgetrokken; van 15.000 euro voor een straat in het centrum -waar door nieuwbouw zes nieuwe straten zijn bijgekomen- tot 10.000 voor eentje aan het rand van het stadje.

De animo voor een eigen straat is er. Wie bang is voor de vergetelheid, heeft met een straatnaambord immers de toekomst. „Het is een stuk goedkoper dan een kapel op de begraafplaats”, zegt Achille Mottola, die een boek heeft geschreven over de toponymische geschiedenis van San Giorgio.

Dat de gemeente straatnamen verkoopt, heeft veel te maken met de belabberde financiële situatie. Dat heeft volgens de linkse burgemeester van San Giorgio weer te maken met het feit dat de regering de lokale overheid minder toeschuift. Vooral kleine gemeenten worden flink gekort op hun budget. Vandaar dat de burgemeester op deze alternatieve en originele wijze geld probeert binnen te halen.

Het idee om straatnamen te verkopen is niet alleen ingegeven door een economisch noodzaak. Het moet ook de historische kennis en de betrokkenheid van de inwoners met de eigen gemeente en de omgeving vergroten. „Bovendien wordt het zo ook mogelijk dat eenvoudige, maar deugdzame mensen voortleven in de stadsplattegrond, zoals een huisvrouw die zeven kinderen heeft opgevoed.”

Regel is dat alleen mensen die in San Giorgio zijn geboren of er hebben gewoond, recht hebben op een straatnaam. Door deze regel kunnen politiek gemotiveerde verzoeken eenvoudigweg worden genegeerd. Dus geen Mussoliniweg, of een Karl Marxstraat.

Straatnamen zijn in Italië hoe dan ook een populaire manier om politieke ideeën uit te dragen. Een klein dorpje aan de voet van de Etna, waarvan het college van zeer rechtse signatuur is, beschikt over een Mussolinistraat. Daar hebben ze wel een antifascistische wet aan hun laars gelapt.

In een Toscaanse gemeente bestaat een plein dat heet naar „de slachtoffers van de magistratuur.” De burgemeester steekt zo de loftrompet op ex-premier Bettino Craxi, die voor de gerechtelijke macht uit Italië moest vluchten en in Tunesië overleed.

En een Craxistraat is te vinden in een dorp vlak bij Rome. Daar heb je al sinds 2002 ook de ”Straat van 11 september 2001”. De bewondering voor de paus leverde in Isernia, niet ver van San Giorgio del Sannio, een ”Johannes Paulus II-straat” op, ook al is de paus nog bij leven en redelijk welzijn.

Dezelfde straatnaam heeft O’tranto in de hiel van Italië. Daarvoor moest wel de toponymische regel overboord dat een straat alleen genoemd mag worden na iemands overlijden.

In San Giorgio zou Arturo Bocchini zo op een straatnaambord kunnen. Hij is er geboren en al een halve eeuw dood. Bocchini is als voormalig hoofd van de fascistische geheime politie San Giorgio’s bekendste burger aller tijden. Toch mag zijn naam niet vereeuwigd worden, wegens het verbod op fascistische uitingen dat in Italië geldt.

Aan hem heeft het stadje wel haar deels nieuwe naam te danken. De gemeente heette San Giorgio la Montagna (Sint-Joris in de Bergen), maar dat vond de fascist maar zozo. Door zijn ingrepen heet de gemeente sinds 1929 San Giorgio del Sannio, naar het volk der Samnieten dat hier 2500 jaar geleden de dienst uitmaakte. Zo bezien is het niet de eerste keer dat San Giorgio met toponymische namen speelt.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer