Dat bleek woensdag tijdens een overleg van de Kamer met minister De Graaf van Bestuurlijke Vernieuwing en staatssecretaris Nicolaï van Europese Zaken.

Het kabinet wil de mogelijkheid hebben meer geld uit te geven voor een campagne vóór de grondwet als blijkt dat de tegenstanders veel ruimer in de financiële middelen zitten dan de voorstanders, bijvoorbeeld doordat ze massaal gebruik gaan maken van betaalde communicatie.

Nicolaï legde woensdag nog eens uit „geen cent” van het extra geld te besteden zonder voorafgaande toestemming van de Kamer. Bovendien wordt de reserve alleen aangesproken als er ongelijkheid op financieel gebied dreigt tussen voor- en tegenstanders van de grondwet. Het is niet de bedoeling van het kabinet om met meer geld op de proppen te komen als blijkt dat de tegenstanders aan de winnende hand zijn.

CDA, VVD, D66 en PvdA werpen geen blokkade op tegen het kabinetsplan. De PvdA ziet evenwel de noodzaak van de geldreservering niet in. D66 vindt dat als er al extra geld moet komen, de onafhankelijke referendumcommissie dat moet besteden. Deze commissie onder leiding van staatsrechtgeleerde mr. C. Kortmann moet de gang van zaken rond het referendum bewaken.

GroenLinks, SP en SGP verzetten zich woensdag tegen de financiële reserve van het kabinet. „Niet aan beginnen”, stelde SGP’er Van der Staaij. Hij raadde de regering terughoudendheid aan omdat de Europese grondwet immers nog geen aanvaard beleid is. Geld achter de hand houden „past niet bij de wijze terughoudendheid die de regering moet betrachten, maar lijkt meer op nerveuze voortvarendheid.”

D66-kamerlid Van der Ham vindt het „erg onhandig” van Nicolaï om te zeggen dat hij nog extra geld nodig zou kunnen hebben. Hij vergelijkt de staatssecretaris met „een angstige hamster die nog snel wat nootjes in zijn wangen propt.” Het kabinet is bang, denkt Van der Ham. Niet nodig, vindt hij. „Er staat zo veel moois in de grondwet.”