Amsterdamse politie wil hulp leger
De Amsterdamse korpschef Welten wil hulp van de krijgsmacht voor de beveiliging van gebouwen in de hoofdstad.
Sinds de terreurdreiging en de moord op Theo van Gogh steekt de politie veel meer tijd in beveiliging van objecten. Welten heeft er onlangs bij minister Remkes (Binnenlandse Zaken) op aangedrongen taken over te dragen aan het leger, zodat de nieuwe veiligheidsmaatregelen niet ten koste gaan van het reguliere politiewerk.
Volgens een woordvoerder beveiligt de politie momenteel 125 objecten in Amsterdam. Dat kostte in 2004 ruim 100.000 manuren, meer dan twee keer zoveel als het jaar ervoor toen dit nog 41.000 uren bedroeg. Voor het komende jaar ziet het ernaar uit dat de objectbeveiliging even intensief blijft. Om ervoor te zorgen dat er voldoende dienders overblijven voor het gewone werk trekt Welten nu aan de bel.
De Raad van Hoofdcommissarissen deelt de zorg van Welten dat de bewaking van bepaalde objecten in de grote steden steeds meer beslag legt op het politiewerk. De raad heeft nog geen standpunt ingenomen of de krijgsmacht, in dit geval de marechaussee, voor deze taak moet worden ingeschakeld. „Binnenkort gaan wij met de minister (Remkes) over mogelijke oplossingen praten", aldus een woordvoorder van de raad.
De minister is bereid binnenkort over de kwestie te praten, aldus zijn woordvoerder. Hij wijst erop dat Amsterdam en ook Den Haag al extra politiemensen hebben, juist omdat in deze twee steden veel ambassades, consulaten en andere internationale organisaties zijn gehuisvest en omdat er vaker demonstraties plaatsvinden.