Zondag onder vuur in recreatieplan
Nieuwe toeristische plannen moeten ervoor zorgen dat het Rivierenland binnen tien jaar dezelfde toeristische allures heeft als de Veluwe en Zuid-Limburg. Dat blijkt uit donderdag bekendgemaakte voornemens voor bevordering van recreatie in het gebied. Eén conclusie springt eruit: de zondagsrust moet in diverse plaatsen op de helling.
Het Rivierenland loopt flink achter op het gebied van toerisme, meent de Recreatiemaatschappij Rivierengebied. Dus stelde ze samen met diverse organisaties, gemeenten en de provincies Gelderland, Noord-Brabant en Zuid-Holland plannen op om recreatie in het gebied te bevorderen.
Volgens Recreatiemaatschappij Rivierengebied zorgen toerisme en recreatie voor slechts 4 procent van de werkgelegenheid in het gebied, terwijl dat percentage veel hoger zou kunnen liggen. Er zou voor toeristen op sommige plekken simpelweg te weinig te doen zijn. „Je kunt hier en daar nog niet eens een kop koffie drinken”, aldus projectleider P. Post. „Daarom is een inhaalslag nodig.”
Een belangrijke oorzaak voor de slechte recreatiemogelijkheden is de zondagsrust, die in bepaalde gemeenten strikt gehandhaafd wordt, meent Post. „Die dag verdient daarom extra aandacht bij de uitvoering van de plannen.” De projectleider is van mening dat gemeenten water bij de wijn moeten doen om te zorgen dat de toeristische plannen kans van slagen hebben. „Er zullen gemeenten zijn waar dit een moeilijk punt blijft. Op zichzelf is het niet erg dat sommige dorpen oases van rust zijn op zondag. Maar op bepaalde plaatsen staat of valt het succes van onze plannen met de openstelling van toeristische trekpleisters op die dag.”
Een ander punt waarom het toerisme zo moeilijk van de grond komt, is het langs elkaar heen werken van overheden en toeristische organisaties. Een bundeling van krachten moet ervoor zorgen dat daar de komende jaren verandering in komt. Volgens Post is de goede wil aanwezig, maar staan niet alle neuzen dezelfde kant op. „Er is weinig samenhang tussen voorzieningen in het gebied. Terwijl het landschap, het water en de ruimte wel veel mogelijk maken.”
Met name drie deelprojecten moeten de regio weer interessant maken voor watersporters en toeristen. Eén project betreft de inrichting van zogenaamde rivierpleisterplaatsen waar recreanten kunnen parkeren, informatie inwinnen over wandel- en vaarroutes en fietsen huren. De pleisterplaatsen moeten komen bij onder meer Gorinchem, Vuren en Opheusden.
Een ander project betreft het beter bevaarbaar maken van de rivier de Linge en het Merwedekanaal tussen Gorinchem en Vianen. Gorinchem, nu al een knooppunt van pleziervaarders, moet uitgroeien tot een heus riviertransferium dat is voorzien van alle gemakken voor waterrecreanten.
Het derde project richt zich specifiek op watersporters. Meertjes die in verbinding staan met een van de rivieren in het gebied, zijn volgens de bedenkers perfect voor beoefening van allerlei watersporten. Dat geldt ook voor voormalige zandwingaten, meent Post.
De financiering van de plannen moet komen van onder meer gemeenten, de betrokken provincies en verschillende fondsen. Ook het bedrijfsleven moet een bijdrage leveren, vindt de projectgroep.