De zaak werd achter gesloten deuren behandeld. Maar omdat de geluidsverbinding met de perskamer nog openstond, konden een aantal media toch meeluisteren. Dit tot woede van de verdachte.

Uit het deel dat de media kon meeluisteren bleek dat Plooy vindt de verwevenheid met de andere elf verdachten van de zogenoemde Hofstadgroep zo groot is, dat open deuren tijdens het proces noodzakelijk zijn. Justitie zal tijdens de rechtszaak veel naar de verdachten onderling moeten verwijzen.

De advocaat van Jermaine vindt dat de deuren gesloten moeten blijven, omdat zijn cliënt zeventien was ten tijde van de strafbare feiten die hem ten laste zijn gelegd. De rechtbank gaf aan voor de volgende zitting een beslissing te nemen over het al dan niet achter gesloten deuren behandelen van de zaak van Jermaine, de jongere broer van terreurverdachte Jason W.

Plooy gaf maandag aan dat politie en justitie een grote hoeveelheid digitale gegevens op de computers van verschillende verdachten hebben gevonden. Plooy: „Die gegevens tonen aan dat we met een zeer radicale groep te maken hebben, die voorbereidingen heeft gepleegd voor zeer ernstige misdrijven". Dergelijke gegevens zijn ook bij Jermaine gevonden, stelde de aanklager vast. De politie heeft onder meer in zijn computer de open brief aan Hirsi Ali gevonden, die ook op het lichaam van de vermoorde cineast Theo van Gogh is aangetroffen en een geschrift dat oproept tot geweld in Nederland.

Ook bevestigde Plooy nog het bestaan van het briefje met aantekeningen over een moordplan op Hirsi Ali dat op het werk van Jermaine is gevonden. Hoewel het niet zijn handschrift blijkt te zijn, hoeft dat nog niet te betekenen dat hij er niets mee te maken heeft, benadrukte de officier van justitie.

Net als bij de overige verdachten verlengde de rechtbank maandagavond zijn voorlopige hechtenis met negentig dagen. Het OM drong daar eerder op aan omdat er volgens Plooy een reële vrees was dat als de man op vrije voeten zou komen, hij verder kon gaan met terroristische activiteiten.

Uit het relaas van de aanklager bleek verder nog dat Jermaine tegen een medewerkster van de Reclassering heeft gezegd dat hij in staat was om mensen om te brengen en dat hij ook ideeën had over zelfverwonding. Jermaine ontkende stellig tegenover de rechters dat hij dit heeft gezegd.