Partijen kritisch op concurrenten die doorrekening laten schieten
Acht partijen hebben hun verkiezingsprogramma kritisch laten doorlichten door het Centraal Planbureau, dat de economische effecten van plannen in beeld bracht. Dat steeds meer politieke partijen verstek laten gaan, levert hen kritiek op van de partijen die wél bij het planbureaus aanklopten om programma’s te laten doorrekenen.
D66-leider Rob Jetten noemt het „teleurstellend dat virtueel de helft van de zetels in de huidige peilingen niet meedoet aan deze doorrekeningen”. Die partijen maken volgens hem niet concreet en helder wat de keuzes uit die partijprogramma’s betekenen, terwijl de kiezer wat Jetten betreft wel recht heeft op die informatie. „Het ontneemt ons ook de kans om in de verkiezingsdebatten elkaar lekker het vuur erover aan de schenen te leggen”, aldus de D66-voorman. Hij complimenteerde Volt en JA21, die voor het eerst hun plannen lieten doorrekenen.
Een van de grootste spelers in de peilingen, NSC van Pieter Omtzigt, behoort tot die partijen waarvan een doorrekening uitblijft. Partijleider Omtzigt heeft al langer kritiek op de „modellenwerkelijkheid” die de planbureaus volgens hem hanteren.
Kritiek op modeldenken is volgens ChristenUnie-Kamerlid Pieter Grinwis vaak terecht. Toch heeft hij niet „één moment bedacht: we gaan niet naar het CPB”. Hij noemt het „ietwat slapjes” dat er partijen zijn die niet „de gang naar het CPB hebben gemaakt”.
Jesse Klaver (GroenLinks-PvdA) vindt het „ook echt jammer dat NSC hier niet aan meedoet”. Het mooie van de doorrekeningen door CPB en het Planbureau voor de Leefomgeving is dat „je je als partij niet kan verstoppen”, aldus het linkse Kamerlid.
„De kiezer heeft er recht op om duidelijkheid te krijgen waar de rekening van wordt betaald”, zegt ook CDA-Kamerlid en campagneleider Bart van den Brink. „We hebben de afgelopen weken genoeg gratis-bier-discussies gehad.” Het is „goed gebruik” om duidelijkheid te geven, en dat zal het CDA dan ook blijven doen, aldus Van den Brink. De christendemocraten deden mee aan de CPB-doorrekening, maar leverden geen plannen aan het PBL voor onderzoek naar klimaat-, milieu- en natuureffecten.