Amerikaanse F-16’s bombardeerden in de nacht van donderdag op vrijdag wapenopslagplaatsen in Syrië, aan de grens met Irak. De depots waren in gebruik bij de Iraanse Revolutionaire Garde en milities die door Teheran worden gesteund.

De beschietingen zijn een reactie op een reeks aanvallen op Amerikaanse doelen in de afgelopen anderhalve week. Zeker negentien keer waren Amerikaanse bases in Irak en Syrië het doelwit van strijdgroepen die aan Iran zijn gelieerd. Teheran liet eerder al weten dat zolang het Israëlische offensief tegen Hamas voortduurt, de Verenigde Staten „niet voor dit vuur zullen worden gespaard”.

De Amerikaanse reactie kwam niet onverwachts. Woensdag waarschuwde president Joe Biden de geestelijk leider van Iran, ayatollah Ali Khamenei, nog dat geweld tegen Amerikaans personeel in het Midden-Oosten niet onbeantwoord zal blijven. „Deze aanvallen op Amerikaanse strijdkrachten zijn onacceptabel en moeten stoppen”, voegde minister van Defensie Lloyd Austin daaraan toe.

Biden haastte zich vrijdag te verklaren dat de bombardementen in Syrië niets met Israël te maken hebben. Dat lijkt een poging om de oorlog tegen Hamas in de Gazastrook niet aan het Amerikaanse optreden van afgelopen nacht te verbinden. Maar het is duidelijk dat de aanvallen op Amerikaanse doelen in het Midden-Oosten daar wel degelijk mee te maken hebben.

Afschrikking

Het laat ook zien dat de Amerikaanse afschrikking richting Iran de afgelopen weken onvoldoende werkte. De VS stuurden twee vliegdekschepen en extra luchtverdediging naar de regio om Teheran duidelijk te maken dat het zich niet verder in het conflict tussen Israël en Hamas moet mengen. De aanvallen van de door Iran gesteunde Libanese Hezbollahbeweging op het noorden van de Joodse staat en de beschietingen door andere Iraanse bondgenoten op zowel Israëlische als Amerikaanse doelen tonen echter dat Iran zich daar weinig aan gelegen laat liggen.

Door niet Irans bondgenoten aan te vallen, maar de Iraanse Revolutionaire Garde rechtstreeks te bombarderen, geeft Amerika een nog krachtiger signaal af aan Teheran om zich afzijdig te houden. Want feitelijk is dit een oorlogsdaad –ook al is die uit verdediging– aan het adres van Iran. Het Pentagon kondigde aan nog eens 900 Amerikaanse militairen extra naar de regio te sturen.

Of dat voldoende afschrikking vormt om verdere escalatie te voorkomen, zal moeten blijken. De afgelopen weken zijn wat dat betreft niet erg hoopgevend geweest. Bovendien moet de échte test nog komen als het Israëlische grondoffensief in Gaza begint. De verwachting is dat zo’n invasie de aanleiding zal zijn voor Irans bondgenoten aan Israëls grenzen om hun aanvallen te verhevigen.

Zie ook pagina 4-9.