Adviesraad wil meer klimaatrechtvaardigheid, ziet ook eigenbelang
Nederland moet meer geld uittrekken voor klimaatfinanciering aan armere landen én in het algemeen meer doen om klimaatrechtvaardigheid internationaal te bevorderen, vindt de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV). Volgens dit adviesorgaan van regering en parlement zou dat recht doen aan de relatief hoge historische CO2-uitstoot van ons land. Tegelijkertijd ziet de AIV een duidelijk „verlicht eigenbelang”.
De raad maakt met een vergelijking nog eens duidelijk hoeveel Nederland heeft bijgedragen aan de uitstoot van broeikasgassen, de drijvende kracht achter de huidige opwarming van de aarde. „Sinds het begin van de industriële revolutie heeft Nederland meer CO2 uitgestoten dan bijna alle Afrikaanse landen bij elkaar, met tezamen meer dan 1 miljard inwoners” schrijft de AIV. „Op dit moment stoot de gemiddelde Nederlander 40 keer meer broeikasgassen uit dan de gemiddelde Tanzaniaan.”
Terecht dus dat Nederland als „uitzonderlijk rijk land” een „substantiële bijdrage” levert aan klimaatfinanciering voor landen met lage- en middeninkomens, vindt de raad. Die staat onder leiding van oud-minister Bert Koenders, die achtereenvolgens minister van Ontwikkelingssamenwerking en van Buitenlandse Zaken was.
De AIV wijst erop dat Nederland grote belangen heeft bij het slagen van het internationale klimaatbeleid. Als laaggelegen delta is ons land „relatief kwetsbaar voor de langetermijngevolgen van klimaatverandering” verwijst de raad naar de zeespiegelstijging. De Nederlandse economie is bovendien „voor een aanzienlijk deel afhankelijk van het buitenland, en daarmee gevoelig voor klimaatontwrichting elders”.
Een ander punt dat de raad maakt, is dat het helpen van landen in het ‘mondiale zuiden’ betere relaties met die landen oplevert. Het verkleint ook de kansen op „politieke instabiliteit en conflict in de regio’s rondom Europa, met alle gevolgen van dien”, klinkt het.
Klimaatfinanciering moet wat de AIV betreft losstaan van de overige uitgaven aan ontwikkelingssamenwerking. Los van het uittrekken van meer geld, zou Nederland internationaal moeten pleiten voor meer financiering. Landen met lage- en middeninkomens hebben volgens de AIV zo’n 1000 miljard dollar per jaar nodig, waarvan een flink deel overigens van private partijen moet komen. De raad vindt het ook belangrijk dat rijke niet-westerse landen, zoals de Golfstaten, officieel gaan horen tot de groep van betalers.