Noordelijke provincies hebben meeste last van eikenprocessierups
Friesland, Groningen en Drenthe hebben deze zomer het meeste last gehad van de eikenprocessierups. In deze provincies en Overijssel en Flevoland zijn ook de meeste eikenprocessievlinders aangetroffen, zodat de kans groot is dat er volgend jaar in die provincies weer de meeste plaagrupsen zijn. Vlinders leggen namelijk eitjes die volgend voorjaar tot wasdom komen. Dat zegt het Kenniscentrum Eikenprocessierups woensdag.
Eikenprocessierupsen laten brandhaartjes los, waar mensen en dieren veel last van kunnen hebben. De klachten variëren van brandende ogen tot huidirritatie en benauwdheid. In het algemeen was de overlast van de rupsen dit jaar laag, aldus het kenniscentrum. In slechts 7 procent van de eikenbomen zijn rupsen gevonden. In het piekjaar 2019 zaten er rupsen in 53 procent van de eikenbomen.
Er zijn ook veel minder eikenprocessievlinders gevangen dan in de piekjaren. In de noordelijke provincies troffen de onderzoekers de meeste vlinders per val aan, maar dat waren er nog altijd veel minder dan voor 2020. Op grond van het kleine aantal gevangen vlinders voorspelt het kenniscentrum dat de overlast door plaagrupsen volgend jaar ook mee zal vallen, maar inspectie van eikenbomen blijft wel nodig. Er kunnen namelijk ook veel rupsen in grondnesten zitten omdat het een erg warm voorjaar was. Dan zoeken de beestjes de koelte op. Rupsen kunnen jarenlang in zo’n grondnest verblijven en dan ineens door een nog onduidelijke oorzaak massaal tevoorschijn komen.