De zogeheten Hub bij station Amsterdam Centraal is sinds maart vorig jaar in gebruik. Het verdeelpunt gaat vrijdagavond om 21.00 uur dicht en kan volgens Groot Wassink pas weer open „als er landelijk een stabiele voorraad vrije opvangplekken is gerealiseerd waarmee we met vertrouwen een aantal maanden verder kunnen”.

Amsterdam zelf doet volgens de wethouder meer dan de overheid vraagt. De hoofdstad vangt ruim 3200 Oekraïense vluchtelingen op, terwijl er een „inspanningsverplichting” is om bijna 2900 vluchtelingen onderdak te geven. Die opvangplekken blijven gewoon open.

Sinds het begin van de oorlog zijn ruim 101.000 mensen uit Oekraïne naar Nederland gevlucht. Sommigen wonen bij vrienden of familieleden in huis of hebben zelf een woning gevonden. Gemeenten hebben momenteel bijna 83.000 bedden in de opvanglocaties, waarvan bijna 82.300 in gebruik zijn. Dat betekent dat er in het hele land nog maar zevenhonderd bedden over zijn voor nieuwe vluchtelingen uit Oekraïne. Volgens Amsterdam komen er per maand ongeveer 2000 Oekraïense vluchtelingen bij.

Groot Wassink wijst erop dat asielstaatssecretaris Eric van der Burg vorige maand had gevraagd om het aantal opvangplekken voor vluchtelingen uit Oekraïne zo snel mogelijk uit te breiden naar 90.000. In februari zou dat aantal verder moeten zijn gestegen naar 97.000. „Wij kunnen niet anders dan constateren dat dit tot nu toe niet heeft geleid tot uitbreiding van het aantal opvangplekken voor vluchtelingen uit Oekraïne”, aldus de Amsterdamse wethouder.