Meditatie: Christus’ Godheid
Johannes 1:3
„Alle dingen zijn door Hetzelve gemaakt, en zonder Hetzelve is geen ding gemaakt dat gemaakt is.”
Dit is een zeker getuigenis van de Godheid van Christus. Hier vat Johannes alle schepselen tezamen. Hij zegt: „Alle dingen zijn door het Woord, Dat in het begin was, gemaakt.” Daaruit concludeert het Evangelie dat Hij niet alleen vóór de schepping van alle schepselen reeds was, maar ook een gelijke mede-Schepper van alle dingen is geweest met de Vader. Want alles wat gemaakt is, is door Hem gemaakt (vers 3). Hij is de Schepper van al het geschapene. Zodoende is er geen onderscheid tussen de Vader en de Zoon, voor zover dit het Goddelijke Wezen betreft.
Over de Heilige Geest willen we later spreken als de tekst daarom vraagt.
De Zoon is waarachtig God, zoals Hij in het begin was en bij God was. Daarna betoont Hij het ook met Zijn daden in de schepping. Want alle schepselen, engelen, hemel en aarde, zijn door Hem gemaakt. In Johannes 5 zegt Christus: „Mijn Vader werkt tot nu toe, en Ik werk ook” (vers 17). Paulus zegt in Efeze 3: „God heeft alle dingen geschapen door Jezus Christus” (vers 9). En in Kolossenzen 1: „Hij is het Evenbeeld van de onzichtbare God, want door Hem is alles geschapen, wat in hemel en aarde is” (vers 15 en verder). En in Hebreeën 1 staat: „God heeft de Zoon gesteld tot Erfgenaam over alles, door Wie Hij ook de wereld heeft gemaakt” (vers 2).
Maarten Luther, reformator te Wittenberg (”God is liefde”, 1538)