Herstel Prinses Margriettunnel mogelijk niet in 2024 klaar
Het herstel van de Prinses Margriettunnel, een aquaduct in de snelweg A7 tussen Sneek en Joure in Friesland, is mogelijk niet zoals gepland in 2024 klaar. De herstelmethode die Rijkswaterstaat zich had voorgenomen moest aangepast worden, omdat er te veel waterdruk op een deel van de tunnel kwam te staan. Er is nu voor een andere werkwijze gekozen, maar de vraag is of het nog lukt om de tunnel eind 2024 weer in zijn geheel te openen, aldus de wegbeheerder. Het hele karwei kost tientallen miljoenen euro’s.
Het wegdek in een gedeelte van de tunnel kwam in december 2022 ineens omhoog. Rijkswaterstaat moest tientallen grote zakken met zand als ballast op het wegdek plaatsen. Onderzoek heeft uitgewezen dat het ontwerp van de tunnel uit de jaren zeventig van de vorige eeuw niet deugde. De trekpalen, die de fundering van de tunnel vormen, waren te licht en niet van goede kwaliteit. Er zijn er te weinig geplaatst en die zijn ook niet goed aangebracht.
Rijkswaterstaat is daarom begonnen met het plaatsen van ongeveer 1450 nieuwe trekpalen tussen de oude palen. Daarvoor wordt een methode gebruikt waarbij het niet nodig leek om op grote schaal grondwater weg te pompen. Maar in augustus bleek dat de waterspanning en de opwaartse druk onder de tunnelvloer toch te groot werden, waardoor opnieuw een tunnelmoot omhoog kwam. Op dat deel is meteen nieuwe ballast aangebracht. Volgens de wegbeheerder is de methode wel in orde, maar nog nooit op zo’n grote schaal toegepast. Het nieuwe probleem kon niet worden voorzien, aldus Rijkswaterstaat.
De dienst gaat nu toch de grondwaterstand onder de tunnel tijdelijk verlagen op plekken waar wordt gewerkt. Holle ruimtes onder de grond worden opgevuld met een klei-cementmengsel. Daarvoor zijn pompen, aggregaten en filters geplaatst bij de A7. In en bij de tunnel is maar één rijstrook in beide richtingen open, waar maximaal 50 kilometer per uur mag worden gereden. Bij Joure en Sneek zijn omleidingsroutes aangegeven. De verkeersmaatregelen blijven gelden zolang het werk duurt.