De 59-jarige presidentskandidaat Villavicencio, een oud-journalist, werd kort voor de verkiezingen driemaal door zijn hoofd geschoten. Hij was een van de meest uitgesproken kandidaten over de link tussen de georganiseerde misdaad en overheidsfunctionarissen in Ecuador.

Het Colombiaanse zestal dat verdacht werd van zijn moord, zat vast in een gevangenis in Guayaquil in het zuidwesten van het land. Zij werden kort na de aanslag op Villavicencio opgepakt. Een zevende verdachte, de vermeende schutter, stierf bij zijn aanhouding.

President Lasso zegt in een bericht op X, tot voor kort Twitter, dat hij terugreist naar Ecuador om op de crisis te kunnen reageren. „We verbergen of verdoezelen niets: de waarheid zal hier aan het licht komen”, stelt hij. Kort na de dood van Villavicencio zei Lasso dat „de georganiseerde misdaad heel ver is gegaan, maar al het gewicht van de wet zal op hen vallen”.

De gevangenis waar de moorden plaatsvonden meldt op X dat de hulp van het leger is gevraagd om de rust in complex te helpen herstellen. Dodelijk geweld komt in gevangenissen in Ecuador vaker voor. Een opstand in het cellencomplex in Guayaquil kostte in juli nog aan dertig gevangenen het leven, een maand later werden bewakers massaal gegijzeld. Vaak gaat het om bendegeweld tussen Colombiaanse en Mexicaanse drugskartels. Sinds 2021 zijn ruim vierhonderd mensen in cellen om het leven gekomen.