De NDP in de ban
Elk land heeft wel met extreem rechtse groepen of partijen te maken. Alleen, in Duitsland doen ze meer stof opwaaien dan in andere landen. Dat hangt natuurlijk samen met het oorlogsverleden.
Dit keer is het de Nationaal-Democratische Partij (NDP) die de gemoederen bij onze oosterburen verhit. Het begon twee weken geleden, toen NDP-afgevaardigden de bevrijding van Auschwitz in het deelstaatparlement van Saksen niet wilden herdenken. De moord op de joden stond voor de NDP’ers gelijk aan de geallieerde bombardementen op de Duitse stad Dresden in februari 1945.
Een reactie bleef niet uit. Bondskanselier Schröder en minister van Buitenlandse Zaken Fischer hebben de actie van de NDP-afgevaardigden onmiddellijk, en terecht, veroordeeld. De vraag kwam aan de orde: Wat te doen met de NDP? Wordt het tijd de NDP te verbieden?
De vraag is al eerder gesteld. In 2003 verzocht minister van Binnenlandse Zaken Otto Schily het constitutioneel hof in Karlsruhe de NDP in de ban te doen. De rechters gaven toen geen gehoor aan het verzoek. En dat was niet omdat zij moeite hadden met de zaak op zich, maar omdat de staat door middel van een groot aantal infiltranten in de leiding van de NDP vertegenwoordigd was. De rechters spraken sarcastisch van „een staatspartij.”
Niet minder dan een op de zeven leden in de NDP-leiding was een betaalde informant. Daarover repte Schily met geen woord in zijn dwingend geformuleerde wens de extreem rechtse partij te verbieden. Hij presenteerde de uitspraken van de infiltranten als normaal, belastend materiaal. De rechters ergerden zich mateloos. Zij wilden de namen van de infiltranten weten, zodat zij konden bepalen of belastende uitspraken van infiltranten afkomstig waren of van echte NDP-leden. Uiteindelijk wilde de politiek die namen in het geheim geven. Dit ging het hof in Karlsruhe niet ver genoeg. Van een verbod kwam niets terecht. De rechters beklemtoonden wel dat hun uitspraak geen oordeel was over een mogelijke schending van de grondwet door de NDP.
De president van het hof, Hans-Jürgen Papier, en zijn plaatsvervanger Winfried Hassemer verklaarden afgelopen weekeinde tegenover de krant Bild am Sonntag dat een nieuwe poging om de NDP te verbieden kansrijk moet worden geacht.
De politiek lijkt vooralsnog niet in te gaan op de uitnodiging. Het kan zijn dat Schily niet opnieuw zijn neus wil stoten. Waarschijnlijk doet de politiek er sowieso verstandig aan niet op de woorden van Papier en Hassemer in te gaan. Bij een verbod zal de NDP de rol van het vermeende slachtoffer spelen en zal de schimmige partij ondergronds haar activiteiten voortzetten. Dit wil niet zeggen dat de NDP in het openbaar haar gang mag gaan. Waar uitwassen zijn, moet de politiek vanzelfsprekend reageren en optreden.
De ’normale’ politieke partijen doen er verstandig aan te kijken waar de steun onder de bevolking voor extremistische partijen vandaan komt. Deze week stond in de krant dat het aantal werklozen in Duitsland tot boven de 5 miljoen is gestegen. Zulke aantallen zorgen voor gevoelens van onzekerheid onder de bevolking. Dan neigen burgers er al snel toe hun heil te zoeken bij extremistische partijen.
Bovendien moet worden gezegd dat de gemoederen in Duitsland misschien verhit raken, maar tegelijkertijd valt op dat de discussie op een volwassen wijze wordt gevoerd. De democratie in Duitsland werkt.