Boegbeeld landmacht sneuvelt
Van Baal is gesneuveld. Maar er zijn meer generaals die hun knopen tellen.
Geloof het of niet: de woensdag afgetreden bevelhebber der landstrijdkrachten zou donderdag op de Koninklijke Militaire Academie (KMA) in Breda spreken tijdens een jubileumcongres van de Koninklijke Vereniging van Eervol Ontslagen Officieren van de Nederlandse Krijgsmacht. De organisatie liet donderdagmorgen weten dat hij niet komt.
Aan de glanzende carrière van generaal Ad van Baal (55) is door de doofpotaffaire in de nasleep van de val van de moslimenclave Srebrenica een onverwacht einde gekomen. Ondanks eerdere pogingen van Defensie de landmachtchef uit de vuurlinie van het NIOD-rapport te houden, moest Van Baal weg.
Woensdag werd in de loop van de dag duidelijk dat de positie van Van Baal onhoudbaar was. Na een gesprek met minister De Grave op het ministerie van Defensie aan het Plein in Den Haag hing de luitenant-generaal zijn pet met rode bies aan de wilgen. Zijn dienstauto, een diepblauwe Volvo, bracht hem aan het einde van de dag van de Prinses Julianakazerne in Den Haag naar zijn huis in Alphen a/d Rijn.
Van Baal wordt voorlopig opgevolgd door generaal-majoor R. Seijn. De kans dat deze de nieuwe bevelhebber wordt, is klein. Seijn mist de nodige ervaring, onder meer in vredesmissies. Favoriet voor de functie is luitenant-generaal M. Urlings, nu nog commandant van het Duits-Nederlandse legerkorps. Urlings is vanaf begin juli beschikbaar.
In een eigen verklaring aan de medewerkers van de landmacht zegt Van Baal dat hij in eerste instantie niet wilde aftreden. Hij wilde, als de Tweede Kamer tot een parlementaire enquête zou besluiten over de val van Srebrenica, in de volle verantwoordelijkheid van zijn functie onder ede verantwoording afleggen.
Dat hij uiteindelijk toch is afgetreden, had te maken met het overleg dat hij de afgelopen dagen met de minister had gevoerd. Tijdens die gesprekken kwam hij tot de slotsom dat hij als „boegbeeld van de landmacht en als dé vertegenwoordiger van de huidige landmachttop niet langer ten volle kon functioneren.”
Van Baal is de eerste generaal die sneuvelt op het slagveld Srebrenica. Er zijn meer generaals die hun knopen tellen. Oud-bevelhebber Couzy is generaal buiten dienst; de minister kan hem niets meer maken. Couzy is wel degene die er in het NIOD-rapport het meest van langs krijgt. Hij kan wel strafrechtelijk worden vervolgd wegens het bewust achterhouden van informatie.
Tussen Couzy en Van Baal was luitenant-generaal M. Schouten baas van de landmacht. Ook hij wist van het drama en de nasleep. Schouten vervult nu een topfunctie bij de NAVO. Dan is er nog generaal C. Nicolai, destijds chef-staf van Unprofor in Sarajevo. Hij wees verschillende keren verzoeken om luchtsteun af. Hij is op dit moment commandant van het Commando Opleidingen van de landmacht. Van Baal en Nicolai zijn de enige militairen van de huidige landmachttop die ook ten tijde van de val van Srebrenica in de top zaten.
De in Noord-Brabant als jongste van elf kinderen geboren Van Baal maakte een snelle carrière binnen de landmacht. In 1966 ging hij naar de KMA en werd opgeleid als artillerieofficier. Na een serie posten bij de veldartillerie en de Hogere Krijgsschool schopte hij het in 1991 als 44-jarige tot een van de jongste brigade-generaals ooit.
Drie jaar later volgde de bevordering tot plaatsvervangend bevelhebber van de landmacht. De als rekenmeester bekend staande generaal voelde zich thuis bij de door bezuinigingen, personeelstekorten en kritiek geteisterde landmacht. Onder de manschappen was Van Baal minder populair dan zijn voorganger Schouten. Die stond letterlijk tussen de troepen, terwijl Van Baal meer afstand nam.
Van Baal was tijdens de val van Srebrenica in 1995 de plaatsvervanger van generaal Couzy, de bevelhebber van de landstrijdkrachten en hoofdrolspeler in de doofpotaffaire. Een jaar ervoor was Van Baal een halfjaar chef-staf van de VN-vredesmacht in Bosnië. Hij was toen de rechterhand van de Britse VN-commandant generaal Rose. Hij ontmoette Mladic en diens politieke baas Karadzic. Hij omschreef hen later als oorlogsmisdadigers van het ergste soort.
In het jaar na Srebrenica werd hij benoemd tot plaatsvervangend chef-defensiestaf. Van Baals eerste ’Srebrenica-kras’ liep hij vlak voor de val van de enclave op. Van Baal kreeg een fax van Dutchbat-commandant Karremans aan zijn VN-superieuren onder ogen waarin Karremans ervoor waarschuwde dat de Bosnische Serviërs Srebrenica wilden aanvallen. Van Baal deed niets met het document.
Vlak na de val van Srebrenica dook een verklaring op van het Bosnisch-Servische leger waarin stond dat het transport van de moslims uit de enclave volgens de regels was verlopen. De verklaring was ondertekend door majoor Franken, de vervanger van Dutchbat-commandant Karremans. Maar toenmalig minister Voorhoeve had het nooit onder ogen gekregen. Van Baal had het als „niet belangrijk” beoordeeld en in een la laten liggen.
Een halfjaar na de val van Srebenica keurde Van Baal de bevordering van Karremans tot kolonel goed, zonder daarin zijn baas Couzy of zijn politieke baas Voorhoeve te kennen. Voorhoeve was woedend. Karremans was immers in de publieke opinie besmet geraakt. Van Baal reageerde later dat hij en andere topmilitairen „dat gewoon niet goed aangevoeld hadden.”