De landelijke regering wil de kerncentrale in het Zeeuwse dorp Borssele langer openhouden dan 2033, zoals nu is vastgelegd. Ook moeten er twee centrales bij komen. Omdat het plan volgens Zeeland „grote impact op de omgeving heeft”, stelt de provincie daar randvoorwaarden aan. Het provinciebestuur neemt de input van maatschappelijke organisaties, het bedrijfsleven en de inwoners mee.

De onlineconsultatie bestaat uit twee rondes. De eerste ronde is maandag van start gegaan. Daarbij wil de provincie weten wat de inwoners fijn vinden aan Zeeland en op welke thema’s extra moet worden ingezet als de kernenergieplannen van Den Haag doorgaan. Tussen 16 en 27 oktober volgt een tweede ronde, waarin de Zeeuwen kunnen reageren op de inbreng van alle deelnemers aan de eerste ronde.

Niet duidelijk

„De plannen voor meer kernenergie in Zeeland hebben gevolgen voor onze regio”, stelt de provincie. „Wat deze gevolgen exact zijn, is op dit moment nog niet duidelijk. Ondanks deze onduidelijkheid wil provincie Zeeland de Zeeuwse inwoners nu al betrekken. Want hoe houden we deze mooie provincie met deze toekomstige ontwikkelingen goed in balans?”

Jongeren tussen 12 en 23 jaar kunnen meedoen aan een zogeheten denktanksessie over kernenergie op 19 oktober. Ook zijn er inloopbijeenkomsten in Terneuzen, Middelburg, Zierikzee, Goes en Tholen voor mensen die moeite hebben met het invullen van de onlineconsultatie. De provincie publiceert de resultaten van de peiling op haar website.

Hele proces

De burgemeester van de gemeente Borsele –waarin het dorp Borssele ligt– riep het kabinet eind vorig jaar al op bewoners te betrekken bij het hele proces. De overheid stelde in reactie daarop een participatieplan op.

Enkele weken geleden uitten de dorpsraden van Borssele, ’s-Heerenhoek, Nieuwdorp en Lewedorp kritiek op het ministerie van Economische Zaken. Ze vinden dat het ministerie tekortschiet in de communicatie over de plannen voor de bouw van twee nieuwe kerncentrales. De dorpsraden willen dat er een omgevingsmanager wordt aangesteld, die regelmatig in de regio aanspreekbaar is voor inwoners en voor dorpsraden.