„Niet meer strijden tegen rivierwater”
Waterbeheerders moeten hun traditionele manier van denken overboord zetten. Schappen moeten niet langer strijden tegen rivierwater dat niet stroomt zoals zij willen. Zij moeten meedenken met de natuurlijke processen in het stroomgebied en leren leven in een waterland.
Dat zei prof. dr. A. Smits van de Radboud Universiteit Nijmegen dinsdag op een symposium van het Waterschap Rivierenland in Tiel. Het symposium werd gehouden omdat het dinsdag precies tien jaar geleden is dat een kwart miljoen mensen moesten evacueren voor dreigende dijkdoorbraken langs de grote rivieren. Volgens Smits zijn alle dijkverbeteringen die sindsdien zijn uitgevoerd nog steeds voorbeelden van traditioneel denken.
Tien jaar geleden stond de Rijn bij Lobith op 16,68 meter boven NAP. Dat was de op een na hoogste waterstand ooit, ruim 5 meter hoger dan de waterstand van dinsdag. Grote delen van Nederland kregen met het extreem hoge water te maken, zoals dijkgraaf G. Kok dinsdag nog eens schetste: „Van het Land van Heusden en Altena tot achter Wageningen, via Deventer naar de landsgrenzen met Duitsland en zo naar Venlo tot aan Den Bosch: overal was iedereen op het ergste voorbereid.”
Nadat het water weer was gezakt, zagen de waterschappen kans om in recordtempo alle rivierdijken op deltahoogte te brengen.
Rijkswaterstaat maakte daarnaast het plan ”Ruimte voor de Rivier” met allerlei maatregelen om de veiligheid te waarborgen. Volgens Smits is dit plan „een traditioneel bedacht minimumpakket.”
„Het bevat vooral buitendijkse maatregelen, die zijn gekozen vanwege haalbaarheid, draagvlak en geld. Die uitgangspunten moeten we laten varen. Duurzaam waterbeheer is noodzaak op de langere termijn. We zullen de rivier veel moeten teruggeven van wat in het verleden is afgenomen. Te denken valt aan overstromingsbestendig bouwen en aan het opgeven van landbouwgronden langs de uiterwaarden”, aldus Smits, die tevens projectleider van de langjarige Duits-Nederlandse studie Freude am Fluss is.
Waterbeheerders gaan ervan uit dat de Rijn na 2015 door klimaatveranderingen een afvoer van wel 18.000 m3/sec kan bereiken. Daarvoor zijn ook de verbeterde dijken niet hoog genoeg. Zij dringen daarom aan op voortvarendheid bij de overheid.
Maar volgens meteorologe H. van Leur staat er nog niets vast: „Toekomstvoorspellingen voor weer en water zijn bijzonder onzeker. We kunnen wel aannemen dat pieken in de waterafvoer vaker voor zullen gaan komen. Maar hoe die er precies uit gaan zien, en of het extreem laag- dan wel hoogwater wordt, is nog niet te voorzien.”