‘Natte’ wijk Leerdam zoekt zondebok
Bij wie kunnen we straks terecht met onze schade? Dat is de hamvraag voor de bewoners van de Leerdamse nieuwbouwwijk Varsseveld. Donderdagavond buigt de gemeenteraad zich over het gewijzigde bestemmingsplan voor de wijk.
In 1988 was er geen vuiltje aan de lucht. Langs het idyllische riviertje de Linge werd een nieuwe wijk gebouwd. Compleet met waterpartijen, houten bruggetjes en doorkijkjes op de Linge. De wijk kwam in het winterbed van de rivier. Het waterschap gaf daarom een negatief bouwadvies. Maar de provincie, de Leerdamse gemeenteraad en uiteindelijk ook het waterschap zelf tilden daar niet al te zwaar aan, zodat de vergunningen snel werden afgehandeld.
De bewoners bevolkten al snel een prachtige wijk. In het midden van de jaren negentig werd de wijk een paar keer opgeschrikt door hoog water. Plotseling bleek de Linge geen vriend, maar een vijand. Vooral de bewoners van het laagst gelegen Wilna kregen het water in kelder, tuin en woning. In de daaropvolgende jaren bouwden ze hun eigen waterkeringen. Zandzakken hebben een vaste plek in de schuur.
Deze winter is de kwestie opnieuw actueel geworden. De gemeente werkt aan een herziening van het bestemmingsplan en daarin staan de waterpeilen van de Linge vermeld. Tot schrik van de bewoners staat als maximumhoogte 3 meter boven NAP aangegeven. En dat terwijl de vloeren van de woningen aan de Wilna tussen de 1,50 en 2,00 meter liggen en ook elders in de wijk de 3 meter amper wordt gehaald.
Volgens woordvoerder Van Zandwijk van het Waterschap is de commotie over het peil onterecht. Sterker nog: al vanaf de vorige eeuw is dat peil „4 meter plus” geweest, zodat de maximumhoogte nu zelfs met een meter wordt verlaagd. Het waterschap benadrukt dat een peil van 3 meter niet uitgesloten moet worden. „Dat kan bij hevige regenval, maar ook omdat we de Linge als berging gebruiken.”
Van Zandwijk heeft begrip voor de smeekbedes van de bevolking om het peil van de rivier lager te houden. „Maar als we dat doen, lopen er wijken in Gorinchem onder water. En daar wonen ook mensen. We moeten niet vergeten dat het winterbed van de Linge bedoeld is voor waterberging.” Alternatieven als het slaan van een damwand noemt het Waterschap „niet realistisch.”
Zodat de bewoners op zoek zijn naar een zondebok. Iemand die ze aansprakelijk kunnen stellen voor toekomstige schade. Vooral ook omdat men beweert destijds niet van de gevaren op de hoogte te zijn gesteld. Tijdens een -tumultueus verlopen- voorlichtingsbijeenkomst heeft de gemeente alle verantwoordelijkheid afgewezen. „We doen er alles aan om overlast te beperken en de bewoners in noodgevallen te helpen, maar de gemeente is niet verantwoordelijk. We hebben in 1994 een schadeclaim afgewezen en het college zal dat in de toekomst weer doen. De kopers hadden van de risico’s op de hoogte kunnen zijn”, aldus wethouder Henk van ’t Pad. Voor eventuele aansprakelijkheid verwijst hij naar projectontwikkelaar UBA.
Resteert de vraag waarom in 1988 zo lichtvaardig voorbij is gegaan aan de gevaren. Daarop weet toenmalig SGP-raadslid J. Meijdam het antwoord. „Overstromingen waren in de beleving van de mensen iets van vroeger. Uit de tijd dat het ijs op de rivier nog kruide. Het was daar prachtig wonen. Over natte voeten werd niet gesproken.”