Voor het onderzoek zijn zo’n achthonderd gezinnen een jaar lang gevolgd die bij Veilig Thuis zijn gemeld vanwege huiselijk geweld, daarbij waren achthonderd volwassenen en 957 kinderen in de leeftijd van 3 tot 18 jaar. De onderzoekers wilden weten hoe het welzijn van volwassenen en kinderen ten tijde van de melding was en of het geweld is afgenomen nadat er was ingegrepen. In 21 procent van de gevallen bleek het geweld na een jaar te zijn gestopt. „Er is een duidelijke relatie tussen kindermishandeling en oudergeweld. Waarbij we zien dat in de groep waar kindermishandeling gestopt is, het geweld van jongeren naar ouders significant lager is dan bij jongeren waar kindermishandeling voortduurt”, aldus het onderzoek.

De onderzoekers stellen dat er een gerichte aanpak moet komen, om onder meer huiselijk geweld op tijd te signaleren en te stoppen, en om inzicht te krijgen in het soort geweld dat wordt gebruikt. Dat kan volgens de onderzoekers door bijvoorbeeld meer ruimte en tijd te creëren voor hulpverleners om echt te kunnen onderzoeken wat er speelt in deze gezinnen.

„Dit onderzoek maakt duidelijk dat er meer aandacht moet komen voor het analyseren van wat er ‘echt’ speelt in de gezinnen of (ex-)relaties om het geweld daadwerkelijk te stoppen”, zegt Debbie Maas van Veilig Thuis Rotterdam. „Begrijpen waarom het geweld plaatsvindt en welke (soms gevaarlijke) rol het speelt in relaties, zowel tussen ouders en kind, en tussen ouders of (ex-)partners onderling, is cruciaal om effectieve interventies mogelijk te maken.”