SP’er: fraudewet was bewust hard, niemand begreep noodzaak
De fraudewet waarmee het eerste kabinet-Rutte de strijd tegen misbruik van uitkeringen flink opschroefde, was bewust hard, zegt oud-SP-Kamerlid Sadet Karabulut. „Dat was helemaal de bedoeling, daar was de wetgever overduidelijk over.” Tegelijkertijd was er van buitenaf juist „heel veel weerstand en kritiek” op de wet.
Karabulut werd donderdag verhoord over haar ervaringen en betrokkenheid bij het fraudebeleid van de overheid. De parlementaire enquêtecommissie doet onderzoek naar de ontspoorde fraudejacht sinds de jaren ’90. De SP vond de plannen van het kabinet-Rutte I (2010-2012) om het fraudebeleid aan te scherpen veel te ver gaan, schetste Karabulut.
De fraudewet leidde ertoe dat mensen flinke boetes moesten betalen als ze te veel uitkering kregen doordat ze bijvoorbeeld verkeerde informatie hadden opgegeven. Het doel van de wet was om fraudeurs aan te pakken, maar veel goedbedoelende uitkeringsontvangers kwamen erdoor in de problemen, bleek al snel. Vanuit de Raad van State en de gemeenten kwam al harde kritiek op het voorstel van het kabinet, maar deze opmerkingen werden goeddeels in de wind geslagen.
„Niemand kon echt goed begrijpen waarom deze stappen ineens gezet móésten worden, met mogelijk grote consequenties”, getuigde Karabulut tegenover de enquêtecommissie. „De grootste zorg zat ’m in de rechtszekerheid die mogelijk onvoldoende geborgd zou zijn.” Mensen die verkeerde informatie hadden ingevuld op overheidsformulieren moesten bijvoorbeeld zelf laten zien dat ze niet bewust sjoemelden om meer geld te ontvangen.
Deze week richt de enquêtecommissie zich op de fraudewet en breder op de politieke cultuur van ruim tien jaar geleden. Het fraudebeleid werd toen een stuk strenger, omdat er vanuit de politiek een harde roep was om misbruik harder aan te pakken. Uit eerdere verhoren deze week bleek al dat de steeds verder gaande fraudebestrijding lang niet altijd op zorgwekkende cijfers over de omgang van fraude was gebaseerd. Oud-minister Henk Kamp getuigde dat hij ook uitging van de „gevoelens in de samenleving” over fraudeurs.