Jim Davis: Werk met geduld en verwachting aan terugwinnen kerkverlater
Er is een reële mogelijkheid dat kerkverlaters terugkeren, schrijven Jim Davis en Michael Graham in hun studie ”The Great Dechurching”. Daarmee krijgt hun treurigmakend onderzoek in zekere zin een ‘happy end’.
Verrassend is de conclusie van de onderzoekers dat meer dan de helft van de kerkverlaters bereid is eventueel terug te keren naar de kerk. Wel verschilt dat van groep tot groep. „Maar veel kerkverlaters zijn niet vertrokken uit vijandschap tegen het christelijk geloof, maar omdat ze geen meerwaarde van kerkgang ervaren”, zegt Davis. „De kerk moet weer kerk zijn. Daar ligt de sleutel voor het aanpakken van het probleem.”
Een ding maken de twee onderzoekers duidelijk: wanneer een kerk mensen probeert terug te winnen door allerlei nevenactiviteiten te ontwikkelen die niet tot de kernactiviteit van het kerk-zijn behoren, zal ze de slag om de kerkverlater niet winnen.
„Zoek je kracht in waarvoor je er als kerk bent en niet in het nabootsen van allerlei wereldse vormen. De kerk is er niet om mensen te entertainen. Dat kan men in de wereld veel beter dan in de kerk”, zegt Davis. „Mensen worden nog steeds geraakt als ze een waardevolle boodschap horen. Dat stelt eisen aan de prediking. Die moet de hoorders boven de gewone, dagelijkse sleur uittillen. Een Bijbelse prediking, waarin de verlossingsboodschap door het bloed van Christus wordt verkondigd, heeft daarom nog altijd toekomst.”
Geestelijke familie
Daarnaast wijzen de twee auteurs op het belang van de kerk als gemeenschap. „De kerkdienst is geen event maar een ontmoeting van een geestelijke familie”, schrijven ze. „Mensen worden niet blijvend aan de kerk gebonden door het meemaken van een bijzonder moment. Dat zijn ze zo vergeten. Ze kunnen weer terugkeren als ze voelen dat ze ergens bij mogen horen. Niet voor niets belijden we in het Apostolicum dat de kerk een gemeenschap der heiligen is. Dat moet in de kerk gestalte krijgen doordat mensen oprechte zorg en belangstelling ervaren.”
Wie als kerklid een kerkverlater in zijn omgeving heeft, kan een cruciale factor zijn bij een mogelijke terugkeer van „het afgedwaalde schaap” door dat uit te nodigen weer eens een keer mee te gaan naar de kerk. Daarbij wijst Davis erop dat dit niet zomaar een uitnodiging kan zijn die terloops wordt gedaan, maar dat ze onderdeel moet zijn van oprechte warme belangstelling voor de ander. „Een uitnodiging om weer eens mee te gaan, moet samen gaan met bijvoorbeeld persoonlijke gastvrijheid. Wie een kerkverlater weer in de kerk wil hebben, moet hem ook uitnodigen aan zijn eigen tafel.”
Onkruid
In hun boek geven de twee auteurs ook adviezen aan voorgangers. Naast hun zorg voor afgedwaalden en hun gebed voor hen moeten zij ook vooral geduld hebben. Daarbij wijzen ze op de gelijkenis van het onkruid uit Mattheüs 13. Davis: „De oogstlieden moeten geduld hebben en niet zomaar gaan wieden. Het onkruid mag niet voortijdig worden verwijderd, want men zou dan ook langzaam groeiende tarwe kunnen verwijderen. Groei gaat doorgaans niet snel. Aan het terugwinnen van kerkverlaters dient dus met geduld en tegelijk met verwachting te worden gewerkt.”