Ook wordt hij verdacht van een poging tot zware mishandeling aan de Leeuwenhorst in Ede op 9 en 10 november vorig jaar en het beschieten van drie woningen aan de Nieuwehaven in Rotterdam op 18 juli vorig jaar.

De vriend van A., Xavierno L. (20) uit Capelle aan den IJssel, wordt ook verdacht van betrokkenheid bij de aanslagen op de restaurants. Tegen hem eiste het OM dertig maanden cel, waarvan tien maanden voorwaardelijk.

Het OM sprak van „ernstige, nare vormen van intimidatie” waarmee anderen „in levensgevaar” zijn gebracht. Er zijn geen gewonden gevallen, „maar”, zo zei de officier van justitie, „er was wel een schoonmaker in het pand tijdens de beschietingen. Die moest plat op de grond liggen, was bang en kroop over de grond.” A. had volgens haar kunnen zien dat er licht aan was.

A. bekende dat hij heeft geschoten en het explosief plaatste en gaf aan dat hij spijt had en „verantwoording wilde nemen”. Hij zweeg over verdere details of een mogelijke opdrachtgever „vanwege de eigen veiligheid”. Ook L. was niet spraakzaam. Het OM stelt dat L. een „sturende” rol had. Zelf zegt hij dat hij een „doorgeefluik” was.

Over de mishandeling in Ede stelt A. dat hij de chauffeur was. Hij zou iemand hebben vervoerd die een man in zijn bil of been moest schieten. Ze bezochten het huis waar hun doelwit met zijn vrouw en vijf kinderen woont. Er werd niet opengedaan. „Alleen dáárom is er niets ernstigs gebeurd”, zegt het OM.

De advocaat van A. stelt dat zijn cliënt niet strafbaar is voor het plaatsen van de bom, omdat er een batterij nodig is om zo’n bom te laten ontploffen. „Die batterij had hij niet meegekregen, dus hij heeft een batterij uit zijn auto gevist, waarvan hij niet wist of die zou werken.”