Gesprek ministers doet stof opwaaien in Libië en Israël
De Libische minister van Buitenlandse Zaken Najla al-Mangoush en haar Israëlische ambtgenoot Eli Cohen spraken elkaar vorige week in Rome. Dat leidt tot veel ophef in het Noord-Afrikaanse land. De bewindsvrouw is ontslagen en naar Turkije gevlucht.
De ontmoeting had nog even geheim moeten blijven. Maar het kantoor van Cohen meldde zondag in nogal optimistische taal dat beide politici elkaar in Rome hadden getroffen. De minister sprak zelfs van een „historische stap richting het aangaan van betrekkingen”. Het gesprek was volgens de bewindsman door zijn Italiaanse collega Antonio Tajani georganiseerd en zou ruim een uur hebben geduurd. Het tweetal zou over samenwerking op diverse terreinen –waaronder waterbeheer en landbouw– hebben gesproken.
Cohen had echter voor zijn beurt gepraat. Want zodra het nieuws over het onderhoud bekend werd, braken in diverse Libische steden protesten uit. Wegen werden geblokkeerd en autobanden in brand gestoken. Betogers zwaaiden met Palestijnse vlaggen om duidelijk te maken waar hun sympathie ligt.Libië en Israël onderhouden geen officiële banden en normalisering van de betrekkingen met de „zionistische entiteit” is volgens de Libische wet zelfs een misdaad. Onder de Libische dictator Muammar Gaddafi (1969-2011) werden duizenden Joden het land uitgezet en tientallen synagoges verwoest.
Het Libische ministerie van Buitenlandse Zaken haastte zich te verklaren dat Mangoush een officiële ontmoeting met Israëlische vertegenwoordigers had geweigerd. Het gesprek met Cohen zou een niet-gepland, informeel onderonsje zijn geweest. Het departement voegde daaraan toe dat er geen sprake van „discussie, afspraken of overleg” is geweest. Tevens herhaalde het ministerie het standpunt dat Libië normalisering van de banden met Jeruzalem op alle mogelijke manieren verwerpt.
De Libische Presidentiële Raad liet zich in soortgelijke bewoordingen uit en riep premier Abdul Hamid Dbeibah op de minister ter verantwoording te roepen. De voorzitter van het parlement ging nog een stapje verder en sprak zelfs van „hoogverraad”.
Dbeibah heeft inmiddels de daad bij het woord gevoegd. Hij schorste Mangoush en kondigde een officieel onderzoek aan. De bewindsvrouw wachtte dat niet af. Volgens onbevestigde berichten verliet ze maandag in alle vroegte het land met een regeringsvliegtuig. Inmiddels zou ze in de Turkse stad Istanbul verblijven. Later maandag volgde haar ontslag.
Beoordelingsfout
De ontmoeting tussen Cohen en Mangoush mag dan in Libië tot ophef hebben geleid, ook in Israël heeft de actie het nodige politieke stof doen opwaaien. Oppositieleider Yair Lapid verweet de minister maandag gebrek aan verantwoordelijkheidsbesef door het nieuws over zijn onderhoud in Rome bekend te maken. „Die publicatie was amateuristisch, onverantwoordelijk en is een ernstige beoordelingsfout”, aldus Lapid. Hij wees erop dat de huidige Israëlische regering niet kan omgaan met gevoelige diplomatieke zaken en riep Cohen op af te treden.
Contacten met Arabische landen die geen officiële banden met de Joodse staat hebben, liggen erg gevoelig in Israël. Jeruzalem sloot sinds 2020 met een aantal Arabische staten –de Verenigde Arabische Emiraten, Bahrein, Sudan en Marokko– de zogenoemde Abraham Akkoorden, waardoor de betrekkingen werden genormaliseerd. De besprekingen daarover hadden steeds in het diepste geheim plaats, veelal onder leiding van de Verenigde Staten.
Saudi-Arabië staat al enige tijd bovenaan het lijstje van landen waarmee Israël mogelijk officiële betrekkingen zal aangaan. Riyad stelt normalisering echter nog altijd afhankelijk van serieuze voortgang in het vredesproces met de Palestijnen. Dat ligt met de huidige rechts-religieuze Israëlische regering niet voor de hand.
Het aanknopen van betrekkingen met Libië, dat vanouds als een voorvechter van de Palestijnse zaak geldt, is overigens extra gecompliceerd omdat het land feitelijk in twee invloedssferen is verdeeld. De internationaal erkende regering zetelt in de hoofdstad Tripoli, maar heeft geen zeggenschap over grote delen in het oosten en zuiden, waar een rivaliserende overheid de scepter zwaait. Overigens was het gesprek tussen Mangoush en Cohen niet de eerste ontmoeting op hoog niveau tussen vertegenwoordigers van beide landen. Volgens berichten in Saudische en Libische media troffen het hoofd van de Mossad, David Barnea, en de Libische premier Dbeibah elkaar in januari vorig jaar in Jordanië. Ook zou de bevelhebber van het rivaliserende Libische Nationale Leger, Khalifa Haftar, diezelfde maand een tussenlanding in Tel Aviv hebben gemaakt.
Ondanks die contacten zal de openbaarmaking van de ontmoeting tussen Mangoush en Cohen normalisering van de betrekkingen vermoedelijk niet dichterbij brengen