Oost–Europa bindt strijd aan met achterstand Roma
Achterstelling en diepe armoede kenmerken de Roma–gemeenschappen in Midden– en Oost–Europa. Leiders van acht ex–communistsche landen presenteren deze week plannen om in tien jaar de achterstand die miljoenen Roma in zijn greep houdt uit te bannen.
Het lidmaatschap van de Europese Unie heeft de voormalige communistische landen, waar de meerderheid van de 10 miljoen Europese Roma woont, economische voorspoed gebracht. Van die groei hebben de verpauperde Roma–gemeenschappen, de grootste en armste minderheidsgroep van Europa, bitter weinig gemerkt.
Zo leven in Bulgarije en Roemenië circa 80 procent van de Roma onder de armoedegrens. In het oosten van Slowakije bevolken tienduizenden van hen illegale krottenwijken die bestaan uit lemen hutten, ver van waterleidingen en elektriciteitsnetten.
Leiders van de acht landen, waaronder Tsjechië, Kroatië, Macedonië en Roemenië, zullen zich op een conferentie in de Bulgaarse hoofdstad Sofia verplichten tot tal van maatregelen om de vaak erbarmelijke situatie van Roma te verbeteren. Zo komen er wetten die het overal voorkomende racisme tegengaan en scholing verbeteren, en maatregelen waardoor hulpgeld beter wordt verdeeld.
Activisten voor Roma–rechten noemen de conferentie die woensdag begint, en wordt ondersteund door de EU en de Wereldbank, „het belangrijkste initiatief voor Roma–zaken in de afgelopen tien jaar".
Anderen zijn voorzichtiger over de goede wil van de Oost–Europese landen, waar hulp aan de tweederangs Roma vaak impopulair is. „De deur staat nu wagenwijd open", stelt Claude Cahn van het Europese Roma Rechtencentrum in het Hongaarse Boedapest. „Maar het hangt echt af van de politieke wil".